Bestuurlijk zitten wij behoorlijk vast in een neo-liberaal model. Een erfenis van John Rawls die pleit voor een rationele democratie. Om een stabiele samenleving te creëren en bewaren, is het volgens Rawls belangrijk dat alle groepen binnen een samenleving het over de meest essentiële zaken eens zijn. Bepaalde normen en waarden moet iedereen onderschrijven en zijn universeel van kracht. In dit geval is dat de ‘intelligente lock down”. Rawls heeft geen inhoudelijke opvattingen over het goede: het juiste (rechtvaardige) komt voor het goede. En daar wringt de schoen in de actuele zorg voor ouderen.
Schurende belangen
Onze sociale media puilen uit van de verhalen (narratieven) die juist wel over dat goede gaan met als uitgangspunt een relationele samenleving waar pluriformiteit de hoofdtoon voert. Het is voor bestuurders niet makkelijk om de schurende belangen in balans te houden. Ik verwacht niet dat wij naast het diepgewortelde denkraam met rationele protocollen veel bestuurlijke ruimte gaan krijgen voor datgene wat individuen in de ouderenzorg nu als het goede beschouwen.
Zoektocht naar het goede
Maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan. Wat is er wel mogelijk? We kunnen elkaar steunen in de zoektocht naar het goede. In de eerste plaats door te erkennen dat het morele appel van ouderen en hun belangrijke anderen op zorgverleners onontkoombaar is. Erkennen dat hun verlangen om niet alleen gelaten te worden diepmenselijk is. Het is normaal, sterker nog, de enkeling die dit verlangen niet voelt heeft wellicht een stoornis. Het raakt de essentie van zorgen voor elkaar. Het zou mooi zijn als we ook na de crisis het besef vasthouden dat ons particuliere antwoord op het appel van de ander essentieel is in het raamwerk van goede zorg.
Schade beperken
In de tweede plaats kunnen we een ruimte creëren waar dat immense verdriet, de angst en wanhoop kunnen landen zonder nog meer schade aan te richten. Het gevaar is dat de emoties van cliënten en hun naasten bij zorgverleners binnenkomen alsof het hun eigen verdriet en wanhoop betreft. Het verdriet van de ander wordt dan onverkort ‘mijn’ verdriet. Het hoeft niet maar kan twee destructieve gevolgen hebben. Het lijden bij de ander is nu zo groot dat vele zorgverleners dat niet meer kunnen absorberen en zelf eraan onderdoor gaan. Nu of later.
Het andere mogelijke gevolg is dat zorgverleners gaan handelen vanuit de emoties van de ander. Daarmee neemt het irrationele gedrag in een professionele context toe. Dat is onwenselijk.
Adequaat antwoord op verdriet en wanhoop
Het zou goed zijn om in onze zorgrelaties het verdriet en de wanhoop – professioneel en informeel – een plek te geven. Het is er en mag er zijn, maar het is niet van mij. Empathie betekent laten zien dat er een plek voor deze gevoelens is in de relatie en er een adequaat antwoord op geven. Niet vanuit de emotie van de ander, maar vanuit onze eigen invulling als persoon en als professional.
Ik denk dat wij elkaar in deze thema’s kunnen steunen zonder dat ons democratische uitgangspunt nu ineens van rationeel naar relationeel verschuift. Al zou het wel mooi zijn: een samenleving waar niemand zich alleen gelaten voelt. Zoals Carol Gilligan betoogde: ‘The ideal of life is an activity of relationship, of seeing and responding to need, so that no one is left alone’.
Maar voor we dat ideaal bereiken moeten we nu snel reageren want veel ouderen hebben nog maar weinig tijd.
Prof. dr. Joris Slaets, emeritus hoogleraar ouderengeneeskunde