De openingsceremonie van de Olympische Spelen op deze wijze kon alleen maar Brits zijn. Geweldig hoe het veelkeurige verleden, heden en toekomst van Groot-Brittannië in al haar facetten en in een paar uur tijd, met een gepaste dosis humor en zelfspot tot in de hoogste Koninklijke regionen, werd neergezet. Toen de beddenparade om een ‘tribute’ te brengen aan de National Health Service het scherm verlevendigde, slaakte ik vanuit mijn bed een zucht van bewondering. En ongeloof. Want geen mens in Nederland zou op het idee komen om de gezondheidszorg te eren, als Nederland dit jaar de Olympische Spelen had moeten organiseren. En dat is opmerkelijk. Al jaren lang steekt Nederland gunstig af op vele internationale gezondheidszorglijstjes. Amsterdam wil in 2028 de Olympische Spelen. Nog 16 jaar de tijd voor hernieuwd volksvertrouwen. Haast is geboden. De ingeslagen wegen van schaalvergroting, fusies, en focus op winst en reserves zijn tot nu toe niet te stuiten. En de politiek heeft nagelaten haar maatschappelijke verantwoordelijkheid te nemen met de juiste tijdige sturing en controle-instrumenten.
Democratische controle op verzekeraars
Voor mij zit de hele bottleneck in Nederland bij de ziektekostenverzekeraars en zo u wilt, dat gedrocht van zorgkantoren. De politiek heeft de afgelopen 10 tot 15 jaar absoluut verzuimd de democratische controle op hen vorm te geven en te verordonneren. Wat betreft de zorgkantoren heb ik in deze column al diverse keren de vinger gelegd op de democratische leemte. Ik heb mijn ongeloof geuit: hoe is het mogelijk dat zorgkantoren in staat zijn jaar in jaar uit naar inspectie- (en dus democratisch vastgestelde) maatstaven kwalitatief ondermaatse zorg in te kopen in geval van ondertoezichtstellingen. In zo’n openbaar debat, dat dan ook in de media plaatsvindt, hoor je de zorgkantoren niet, noch hun grote broer de ziektekostenverzekeraar. Onsportief hoor. Maar ook de politiek ranselt alleen de zorgorganisatie af, en laat zorgkantoor en ziektekostenverzekeraar met rust.
Dat is laakbaar, want de ziektekostenverzekeringsmarkt is een makkelijke markt: de hele Nederlandse bevolking is bij wet verplicht een ziektekostenverzekering af te sluiten en mee te betalen aan de AWBZ. Appeltje eitje toch?
Contractmacht
Momenteel is er weer veel spierballentaal van de kant van de ziektekostenverzekeraars vanwege de hun toegemeten contractmacht. ‘Verzekeraars gaan ggz-instellingen straffen’, kopt Zorgvisie op vrijdag 27 juli. Zover is het nu al.
Maar wie straft de ziektekostenverzekeraars af? Van de Nederlandse Mededingingsautoriteit verwacht ik niet veel. Henk Don stelde in 2011 al dat de regierol bij de ziektekostenverzekeraars moet liggen. En passant laat hij zijn eigen rol liggen door toe te staan dat in ons kikkerlandje vier grote ziektekostenverzekeraars 90 procent van de nationale markt beheersen. Regionale ziektekostenverzekeraar Zorg en Zekerheid moet intussen drastisch snijden in haar personeelsbestand. Ook al stellen SP en PvdA in hun verkiezingsprogramma’s regiobudgetten en niet concurrerende en publiekrechterlijke ziektekostenverzekeraars in het vooruitzicht.
Nog doller is de waarschuwing van de NZa aan –let wel – de verzekerden. ‘U moet zelf goed opletten hoor, wat wel en niet vergoed wordt’ . Met fluwelen handschoenen wordt de zorgverzekeraar benaderd: ‘Het moet wel goed op uw website staan wat u wel en niet vergoedt, want anders sturen we als NZa bij.’
Maatschappelijk aandeelhouderschap
De verkiezingsprogramma’s van vier van de vijf – nu nog – grootste politieke partijen in ons land moeten de ziektekostenverzekeraars en hun bestuurders onder dezelfde tucht zetten, die zij die vermaledijde zorgbestuurders in het vooruitzicht stellen. Dus PvdA: zorgverzekeraars mogen ook geen winstgevende bedrijven zijn; en SP: stel de salarissen van ziektekostenverzekeraars onder CAO en balkenendenorm; en CDA: invloed van de lokale gemeenschap en/of representanten moet je ook willen voor het zorgverzekeraarsbeleid; en PVV: jullie fusietoets (of beter gezegd ont-fusietoets) moet je ook voor de ziektekostenverzekeraars verplicht stellen. De VVD besteedt geen woord aan zorgbestuurders of ziektekostenverzekeraars. Maar dat is nog niet voldoende. In de formatiebesprekingen moet krachtig worden opgenomen dat ziektekostenverzekeraars in hun wijze van opereren onder democratische controle van de diverse overheidsniveaus staan. En dat nieuwe vormen van verzekerdenparticipatie en maatschappelijk aandeelhouderschap voor hen ontwikkeld gaan worden. Een verplichte ziektekosten- en AWBZ-verzekering is niet veel anders dan een National Health Insurance. Laten we echte democratische condities hiervoor creëren, zodat de Nederlandse burger die inmiddels al zo’n 15 procent van zijn inkomen eraan afdraagt, dit met goed vertrouwen in solidaire zorg doet.
Ben benieuwd hoe dat in 2028 in Amsterdam op sportieve wijze verbeeld gaat worden.
Hetti Willemse, www.publicarea.nl en www.zorgvisite.nl
Een verplichte ziektekosten- en AWBZ-verzekering is niet veel anders dan een National Health Insurance.
Dan zou ik toch even wat gaan bijlezen.
En in 2028 is de afbouw van de zorgtoeslag al een heel eind gevorderd en betaalt iedereen in dit land ongeacht inkomen eenzelfde nominale premie.
Hoe dat eruit gaat zien zullen we in 2028 zien in Amsterdam.
We pakken er alvast Charles Dickens en Maarten Toonder bij.