Ggz-instellingen ontkomen niet aan specialisatie. Anders worden ze links en rechts ingehaald. Dat concludeert adviesbureau Boer & Croon in de strategische marktanalyse 'Van instituten naar ondernemingen in de ggz'.
Deregulering, toenemende concurrentiestrijd en de opgelegde
het grootste probleem zit hem in de chronische zorg. Al het andere is te regeuleren en in pakketten te delen. De RIAGG is te moloch-achtig, niet de steeds wisselende teamindelingen maar door de dure overhead.
En jammer voor de patiënt die meerdere vormen van GGZ nodig heeft.
Wie was trouwens de opdrachtgever? Altijd van belang bij Boer & Croon.
Deze logische vierdeling van de GGZ wordt sinds anderhalf jaar ook door het Achmea zorginkoopteam GGZ gehanteerd. Prima dat B&C tot dezelfde conclusie komt !
Zie http://www.achmeazorg.nl/ggz-instellingen/Downloadlijst/GGZ%20instellingen/Zorginkoop%20Curatieve%20GGZ%202012/Zorginkoopprocedure_2012.pdf
Brian, ik ben het geheel eens met je analyse. We hebben deze discussie ook gevoerd bij het opzetten van topklinische zorg in de ggz. Wat me wel puzzelt is, dat verdergaande specialisatie ook alleen kan floreren bij schaalvergroting in de tweede lijn en verdergaande concentratie.
Ik kan de analyse van Brian goed volgen. Ga er maar van uit dat de zorgverzekeraars steeds meer zorg gaan inkopen bij aanbieders met de laagste kosten en vergelijkbaar goede zorg. De traditionele geintegreerde instellingen verliezen daardoor marktaandeel terwijl ze hun (overhead)kosten niet zomaar kwijt zijn. Hierdoor komen ze in een steeds kwetsbaarder financiele positie
Om te overleven lijkt het gewenst dat de strategie van de grote geintegreerde GGZinstellingen zal moeten zijn dat gekozen wordt voor een holdingstructuur (hele kleine holding)met daaraan hangend de verschillende business modellen die allemaal hun eigen winstmarge zullen moeten realiseren. Kortom Brian duidelijk verhaal.
Ik snap niets van die ‘analyses’ van de Boer en Croon. De GGZ lijkt in het geheel niet op een markt voor corporate finance, of ijsjes, of advisering. Deze sector is aanbodgereguleerd. Dat wil zeggen dat de kosten worden beheerst door het aanbod te beheersen. Als je vrije concurrentie toelaat dan exploderen de kosten en dat wil geen enkele financier, of het nu gaat om zorgkantoren of risicodragende zorgverzekeraars. De kracht van de grote traditionele GGZ-instellingen is dat zij dat begrijpen en tegelijkertijd marktmacht hebben. Ze zijn voorlopig onverslaanbaar in tegenstelling tot de ‘analyses’ van de Boer en Croon.