Ook wil de minister een commissie van ‘wijzen’ inrichten die achteraf gaat bepalen of die noodlijdende nieuwbouwziekenhuizen wel in aanmerking komen voor compensatie door de overheid. Zelfs ziekenhuizen die winst maken op hun vastgoed ontkomen niet aan het spiedend oog van de minister. De winst mag namelijk alleen ten goede komen aan de zorg en niet naar eigen inzicht worden aangewend. Het College Sanering Zorginstellingen is opnieuw leven in geblazen en gaat nauwlettend toezicht houden in opdracht van Klink. Geen wonder dat de zorginstellingen zich beknot voelen in hun ondernemingsvrijheid. Draagt de minister de gepropageerde marktwerking wel zo’n warm hart toe? Hij geeft het b-segment slechts in kleine, zwaar geëvalueerde, stapjes vrij. Pas in 2012 mogen ziekenhuis-bv’s de winst uit hun onderneming misschien aan aandeelhouders gaan uitkeren. Wij willen op eigen benen staan, beweren zorgbestuurders stoer. Maar durven zij de hitte van de zorgmarkt aan? Stel dat het misgaat of dat de maatstaf ongunstig uitpakt. Dan komen de zorginstellingen weer voor steun bij de overheid terug.
En de zorgverzekeraars, willen die marktwerking? Ze zeggen van wel, maar onderstrepen dat tot nu toe niet met hun contracteerbeleid. Verzekeraars sturen hun klanten maar mondjesmaat naar geselecteerde ziekenhuizen en kopen hun zorg nog overal in. Nog geen instelling die is geweigerd.
De patiëntenverenigingen dan? Die willen een factor van belang zijn in de zorgmarkt. Terecht, maar in dat geval zullen zij wel moeten verzakelijken, hoe vervelend ze dat ook vinden.
Wil de echte voorstander van marktwerking opstaan?
Zorgvisie-Carina van Aartsen.
Naam *: Edwin Leutscher
Functie *: Actief betrokken bij zorgorganisaties
Reactie *: De overheid stimuleert marktwerking vanuit een kostengedreven handelwijze. Op geen enkele andere manier worden zorgorganisaties door de overheid gestimuleerd om marktwerking te operationaliseren waardoor klanten er beter van worden. Mevrouw Bussemaker (staatsecretaris) doet wel poging in haar 100 dagen brief:
“We moeten weg van de zakelijke benadering dat een cliënt een beperking ervaart, recht op zorg claimt en dit vervolgens gaat verzilveren. Dit is een benadering waarbij de overheid het proces probeert de beheersen in termen van indicaties, protocollen of eindeloze verantwoordingsvragen. Een dergelijke benadering stimuleert calculerend gedrag van burger én aanbieder. Het ‘recht op’ lijkt bijna belangrijker dan de feitelijke invulling van de zorg. Een cliënt is op zoek naar kwaliteit van leven. Ik ben ervan overtuigd dat goede zorg vorm kan krijgen in een relatie tussen klant en professional die gebaseerd is op vertrouwen. Meer tijd voor daadwerkelijk contact tussen cliënt en professional kan onevenredig bijdragen aan kwaliteit. Daar wil ik dan ook in investeren. De cliënt zal binnen deze relatie de ruimte krijgen om keuzes en wensen kenbaar te maken en hierover in gesprek te gaan. Daarnaast zal de professional de ruimte krijgen om vanuit zijn kennis en kunde de goede zorg te bieden. De daadwerkelijke zorgverlening krijgt vorm in deze dialoog tussen cliënt en professional.”
Ik herhaal nog eens de woorden van de staatsecretaris:.” Ik ben ervan overtuigd dat goede zorg vorm kan krijgen in een relatie tussen klant en professional.”
Helaas blijft de overheid ook nu weer hangen in plannenmakerij en blijven daden uit. De echte voorstander van marktwerking is degene die marktwerking vanuit het economisch perspectief benadert: “Op welke wijze kan ik mijn diensten optimaal afstemmen op de vraag van de klant?”
Wanneer zorgorganisaties hun markt goed in kaart brengen dan kan ze zelf de keuze maken met welke diensten/producten ze antwoord gaat geven op de vraag van de markt. Mijn advies is deze keuze te baseren op de kernvaardigheden van de organisatie. Waarin is de organisatie echt goed. Welk specialisme beheerst ze echt goed. Wanneer zorgorganisaties focus aanbrengen in hun diensten en producten en zich daar verder in bekwamen wordt de kwaliteit van dienstverlening steeds beter en vindt er betere afstemming op de vraag plaats.
Voor de diensten waarop zorgorganisaties geen aanbod willen of kunnen ontwikkelen en waarvoor ze toch aanbod willen leveren, is samenwerking met regionale of landelijke partners de beste oplossing. Gezamenlijk diensten aanbieden met partners die elk haar eigen specialisme heeft ontwikkeld leidt uiteindelijk tot kwalitatief goede zorg. Daar kan geld mee bespaard worden omdat de zorg optimaal is afgestemd op de vraag. De huidige politieke benadering van marktwerking levert alleen maar negatieve impulsen op en ontzegt patiënten goede zorg.
Het initiatief voor marktwerking moet bij de zorgorganisaties zelf vandaan komen. Uiteindelijk kan ze met geboekte resultaten de overheid overtuigen dat marktwerking vanuit het (commercieel) economisch perspectief meer en betere resultaten oplevert dan marktwerking vanuit politiek perspectief te benaderen.