In Duitsland gaan ze daar heel anders mee om. Als je daar oud en/of afhankelijk bent kun je gewoon onderdeel blijven van de samenleving.
Zorg als onderdeel van het gewone leven
Tijdens een korte fiets- en kampeervakantie langs de Weser zie ik dagelijks hoe vanzelfsprekend de zorg hier onderdeel is van het gewone leven. In de straten van de stadjes en dorpjes waar we doorheen rijden, zie ik de ene na de andere etalage van zorg- en verplegingswinkeltjes met duidelijke informatie wat hun diensten zijn en telefoonnummers voor de nacht en spoed. Ook tref ik een kleinschalige Phlege Einrichtung met een welkomstbord waarop klip en klaar staat wat je waar kunt vinden en een uitnodiging om gebruik te maken van het café. Ook op de kleine auto’s waarmee de zorg aan huis wordt verricht duidelijke informatie; niet alleen de naam staat erop, maar ook voor welke diensten je bij hen terecht kunt en telefoonnummers en e-mailadressen om de organisatie te bereiken.
Woon-, zorg- en cultuurparadijs
Oponthoud door lekke banden, striemende regen en harde wind doen ons (lafhartig) besluiten een hotel te zoeken in het Midden-Duitse stadje Stolzenau aan de Weser. Het sprookjesachtige vakwerkhotel met bürgerliche kuche aan de fietsroute zit vol. Maar ze laten ons niet aan ons lot over: alle hotels en kamerverhuurders worden gebeld en ze weten voor ons kamers te bemachtigen in het plaatselijke Gästehaus der Nationen.
Het blijkt een toevalstreffer. Ons onderkomen is een voormalige Nederlandse kazerne waar tot een kleine tien jaar geleden zo’n 600 militairen gelegerd waren. Je kunt je voorstellen wat een aderlating dat was voor een stadje met 7500 inwoners qua economie, levendigheid en werkgelegenheid. De kazerne is omgetoverd tot een prachtig woon-, zorg- en cultuurparadijs voor jong en oud. De buitenruimte is als een klein park ingericht met weides, speelterreinen en wandelpaadjes. Op het terrein bevinden zich naast de dertig drempelloze hotelkamers, een Gaststätte annex Biergarten, muziekschool, schildercentrum, beheiztes zwembad, tennishallen, ontspanningsruimten, conferentiezalen en seminarruimtes en het 80 jaar oude Poppenmuseum van Stolzenau. De folder over het Gästehaus ontvangt ons met de woorden Mit Freu(n)den verweilen an der Mittelweser. Geen woord (bewust?) over het woon- en levenconcept van het terrein, waar je als hotelgast trouwens niets van merkt.
Vanaf de hoofdweg kun je het Gästehaus niet missen, een groot bord wijst je de weg en ook bij de ingang wordt je hartelijk welkom geheten.
Subsidie uit verschillende potten
De ondernemer/eigenaar serveert ’s morgens zelf ons ontbijt. Hij vertelt dat hij met zijn idee voor het nieuwe leven van de kazerne alle instanties is afgegaan en uit verschillende potten subsidie krijgt voor de activiteiten. Hij heeft zelf het terrein en de opstallen gekocht.
Van de kazerne zijn 150 woningen gemaakt waar dwars door elkaar ouderen en gezinnen wonen.
Gemiddeld zijn er zo’n dertig tot veertig medewerkers op het terrein actief, van wie maar een paar voor het hotel en het schoonhouden en onderhoud van de openbare en gemeenschappelijke ruimten zorgen. Zij zijn in dienst van het Haus der Nationen. De overige medewerkers uit het stadje en de omgeving komen bij de ouderen die hulp nodig hebben thuis: “Ich funktioniere nur wie einen Moderator für die Alteren ins finden von einem Plegearbeiter. Ich glaube in der Kombination von Alt und Jung. Dass harmonisiert doch besser.”
De beste rollator: het supermarktkarretje
Het hotel loopt goed. Er zijn maar wat veel oud-militairen die met hun familie en vrienden een pelgrimsreis terugmaken of er een reünie met de oude maten willen vieren. En de marketing voor gebruik van de conferentiezalen vindt plaats door te appelleren aan de sociale doelstelling en de voormalige functie van het gebouw.
Als de eigenaar mijn fiets met lekke achterband in zijn auto legt om naar de fietsenmaker te brengen, wijst hij mij op de grote E-Kauf supermarkt net buiten het Haus der Nationen-terrein. De beste rollator is het supermarktkarretje. De nabijheid van de supermarkt is belangrijk voor de zelfstandigheid en de participatie van de ouderen. Iedereen kent elkaar ook en zo creëer je veiligheid en gevoelens van geborgenheid.
Er zijn op het terrein nu zo’n dertig tot veertig woningen waarin ouderen wonen, maar dat kan al naar gelang de vraag verschillen. Rijk wordt de ondernemer er niet van. Hij zegt dat hij er met zijn gezin behoorlijk van kan leven.
Investeren in de toekomst van jong en oud
Terug op de fiets vraag ik mij af wat toch de condities zijn die in Duitsland wel als vanzelfsprekend tot dit soort initiatieven leiden. En waarom worden deze niet veel meer massaal geïmporteerd naar de Nederlandse ouderenzorg? Ik weet dat er met enige regelmaat studiereizen naar Duitsland zijn. Veel moet er dus al bekend zijn.
Wij hebben in Nederland nog een lange weg te gaan op het gebied van multi-leeftijd- en multifunctioneel bouwen en exploiteren. Alle prima initiatieven van woonservicezones en kleinschalig wonen ten spijt, het merendeel van de huidige nieuwbouwplannen in de verzorgings- en verpleeghuissector is nog steeds ‘mono-aged’.
Ik pleit ervoor dat we in Nederland op zoek gaan naar oude gebouwen en plekken en ondernemers uitnodigen die de visie en moed hebben om te investeren in de toekomst van het wonen en leven van jong en oud.
Het Gästehaus der Nationen laat zien hoe maatschappelijk, persoonlijk en zakelijk ondernemen, winst voor bewoners, gemeenschap en de ondernemer oplevert. Ouderdom als lust. Een perspectief waar je naar uitziet.
Auteur: Hetti Willemse, Publicarea
Ik sta toch wel te kijken van dit alles wat hier geschreven staat, ik denk dat we in Nederland blij mogen zijn met de zorg die de ouderen krijgen.
De zorg voor ouderen is in Duitsland niet te vergelijken met Nederland.
Ik werk zelf in een verpleeghuis in Duitsland en de eerste keer dat ik binnen kwam en een rondleiding kreeg was ik compleet in shock.
geen eigen kamer, geen eigen toilet en douche maar delen met een medebewoner.Geen persoonlijke dingen op de kamers, de zorg op zich is prima maar privacy?? nee dat is er niet.
de zorg kosten zijn erg hoog, dat veel ouderen thuis blijven en verzorgt worden door familie is vaak noodzaak omdat de kosten voor een verzorgingstehuis/verpleeghuis te hoog zijn, kan de bewoner het niet meer zelf betalen dan moeten de kinderen betalen en dat zijn geen leuke bedragen dit kan oplopen tot mega-bedragen in het kwartaal.
doordat veel ouderen om deze reden thuis moeten blijven wonen ontstaan gigantische problemen in families..omdat oma/opa dement is en het hele gezin ontregelt, families zijn totaal “ueberfordert” met deze zorg.
Kleinschalige zorg is ook erg mooi maar ook erg duur.
men moet pflegestufen aanvragen om nog een beetje extra geld te krijgen, ik hoop dat Nederland dit systeem niet gaat krijgen.
Beste Hetti Willemse en Michiel van den Deijssel,
Misschien een goed idee als wij eens contact met elkaar zochten om het idee van ouderen en jongeren integreren eens verder te bespreken? Kijken hoe we zelf hier een bijdrage aan kunnen leveren?
Mochten er andere zijn die na het lezen van dit bericht er hetzelfde over voelen, mail mij gerust.
Ben benieuwd naar de reacties.
Met vriendelijke groet,
Laurens de Vries
lhad.de.vries@gmail.com
Al jaren werkte ik tijdens mijn studie geneeskunde in de thuiszorg en als ik in een groot verzorgingstehuiskwam miste ik altijd de jeugd of jongeren. Nu ik zelf vader ben van een zoontje van 8 maanden, valt mij op dat er nauwelijks creches zijn, omdat er relatief weinig ruimte is in een stad als Amsterdam. Door dit artikel moet ik weer denken aan het combineren van die twee. Waarom niet de creches samen laten gaan met verzorgingstehuizen. Niet dat de ouderen op de kleine kinderen gaan passen, maar wel dat ze met elkaar in contact komen. Lijkt mij erg menselijk. Mooi streven zou kunnen zijn om in verzorgingstehuizen tegen een lager tarief ruimte aan te beiden voor jonge mensen die een kinderdagverblijf willen starten. Er zijn veel leidsters zonder werk, er zijn zeer lange wachtlijsten voor opvang en er is weinig plek in de stad. En uit mijn ervaring weet ik dat een groot deel (heus ook niet allemaal) van de ouderen het prachtig zou vinden, deze instroom van het nieuwe leven in hun pand.
Prima concept, gebouwen zat.
Als er een zorginstelling of geldschieter is die dit op zou willen pakken, ik wil wel de ondernemer met lef en organisatietalent zijn. Beschik over ruim voldoende ervaring binnen de zorg, horeca en evenemententak. Bedrijfskundige opleiding op HBO niveau genoten. Assessmentrapport ter inzage. Ik ben te bereiken via 06-53727742. Mvg Michiel
Wat je ook van Duitsers mag vinden,service en behulpzaamheid is daar heel iets anders dan in Nederland. Zeker buiten de grote steden. Een boeiend verhaal wordt hier geschetst, maar met oude gebouwen alleen ben je er vrees ik nog niet.
Ouder worden heeft in Nederland geen positief imago. Het wordt geassocieerd met ziekte, hulpbehoevend, duur en nog andere vaak weinig aansprekende perspectieven. Ik ben het volledig eens met de schrijfster die met haar betoog wil aangeven dat de focus, ook bij de vergrijzing, veel meer moet liggen op participatie en behoud van gezondheid. Alleen dan heeft ouder worden zowel voor het individu alsook maatschappelijk een meerwaarde.
Natuurlijk is niet alles in ons buurland rozengeur en manenschijn. Maar we zouden toch kunnen proberen de goede dingen te kopieren. Het heeft ook iets te maken met respect voor de generatie die mede de huidige welvaart heeft gebracht.
Ga eens kijken naar Duitse gezondheidsprogramma’s, ik zou niet graag ruilen met dat hypochondere volk.
De Nederlandse samenleving is een stuk egoistischer dan de Duitse. Daarmee begint het.