De symptoombestrijding, waar (Ont)Regel de Zorg nu op inzet, geeft wellicht kortdurend wat verbetering, maar helpt uiteindelijk niet, zegt Armand Girbes, hoofd afdeling ICV VUmc. ‘Met alleen symptomen bestrijden, geneest de patiënt niet. We moeten ons richten op de oorzaak: de tirannie van het meten.’
Over het ontregelen van de zorg
Het is altijd goed dat we ons blijven afvragen wat het meten ons wel of niet oplevert.
Ik redeneer daarbij vanuit de zorg- en welzijnssector en ouderenzorg. Net voor de modernisering van de AWBZ waren er nauwelijks regels of transparantie eisen. ‘High trust’ zou je kunnen zeggen. Maar vergis je niet in de uitwerking van de ongeschreven wetten.
Denk daarbij aan de hospitalisatie waarbij de zorg op collectieve en beheersmatige wijze was gericht op het aanbod en het leveren van activiteiten. Met zomin mogelijk tijd en zoveel mogelijk besparing als het gaat om personele inzet. Waar de client/patient/burger eigenlijk de sluitpost was. En in kwalitatieve zin vooral blij moeten zijn wat het systeem ze heeft kunnen leveren aan dagelijkse zorg en service. De uitwerking was apathie en eenzaamheid onder ouderen, en in de kern afgestompte professionals die totaal niet gewend waren om op het niveau van de individuele mens zich af te vragen waarom en waartoe welke zorg, service geboden wordt, op welk moment en op welke wijze. En of de geboden zorg in beginsel dan effectief is (geweest).
Voor een deel is dat gewoon methodisch werken, zoals op de scholen onderwezen wordt. Maar een ander deel moet vanuit de organisatie geprikkeld blijven. Wat is uiteindelijk de maatschappelijke- en conceptuele waarde (service level) waarmee de ene organisatie zich onderscheidt van de andere? Dat maakt ook dat er meer diversiteit ontstaat, hetgeen de kwaliteit en keuzemogelijkheden vergroot voor de oude dag / of beperkingen.
Binnen de hotelbranche en grote dienstverleners is het meten dan ook van levensbelang. En worden we daar beroerd van? Ik dacht het niet eigenlijk… Dus wat is het punt? Wel van essentieel belang dat een meetinstrumentarium aangehaakt moet zijn op de reguliere methodiek van de primaire (medische) zorgverlening. Anders creeer je inderdaad een vervreemdende werking.
In een discussie op een andere website heb ik dhr. Girbes uitgelegd dat middels zorguitkomstmeting, waar dat praktisch gezien mogelijk en werkbaar en zinvol is, de meeste structuur- en procesindicatoren kunnen verdwijnen. Indicatoren die nu het leeuwendeel van de administratieve belasting vormen, en waarmee die belasting (dus) sterk kan verminderen.
Ook heb ik hem uitgelegd dat voor confounders als leefstijl- en sociaaleconomische variabelen heel goed te corrigeren is.
Helaas negeert hij dat allemaal nog steeds en wil hij nog steeds helemaal niets weten van meten. Behalve dat hij hiermee een extremistische positie inneemt en een achterhoedegevecht levert (een bijna unanieme Tweede Kamer wilde zelfs al uitkomstfinanciering, en ook nog per uiterlijk 2020), doet hij de premiebetalers en de patiënten die inzicht willen in de daadwerkelijke kwaliteit van zorg ernstig tekort. Hij verklaart ze goed beschouwd impliciet irrelevant.
Ontzuiling, meer onderwijs, liberalisering, rotte appels en social media hebben het klakkeloos vertrouwen in instituties afgebroken. Verantwoording van je minimum kwaliteitsniveau is terecht onvermijdelijk geworden. Inclusief overeenstemming over hoe je omgaat met de nieuwe verhoudingen: high trust = high penalty! Dat leg je vast in kleinschalig Rijnlands overleg – tussen deskundige stakeholders zonder gele hesjes of dubbele agenda’s.