Weinig economische begrippen leiden tot zoveel verwarring als ‘bezuinigen op de gezondheidszorg’. Patiënten en hulpverleners spreken van uitholling van de gezondheidszorg door bezuinigingen, terwijl beleidsmakers zich druk maken over de aanhoudende groei van de zorguitgaven.
De zorguitgaven zijn sinds 1972 met
Mis de structurele loonkloof ( en pensioen grondslagkloof ) van 8% ( peil 2020 ) van verpleegkundigen en verzorgenden IG ( SER 12 mei 2021 ) ten opzichte van cao in marktsectoren. (Nb vgl met publieke sector is niet aan de orde omdat zorg in een marktdenkraam opereert ).
Toch mis ik in deze vergelijking de invloed van de (ontwikkeling van) kosten van ict/automatisering, investeringen in goederen en diensten iha, huisvesting ed. Of anders gezegd: de overhead is enorm. M.i. iets om nader uit te werken… (reactie op twitter)
Het zijn zeker wel bezuinigingen, men tracht de groei van de zorgvraag te temperen. De zorgvraag zal de komende jaren groeien door de vergrijzing en het steeds complexer en harder worden van de maatschappij waardoor steeds meer mensen psychisch in de knoei komen.
De gehele zorgpoetzak is veel geld, er werken echter wel 1,4 miljoen mensen voor. Als ons kabinet Rutte nu eens werk zou maken van dat hoge inkomens (boven de 100.000 euro inkomen per jaar) ook gewoon hun aandeel betalen door de inkomensafhankelijke bijdrage zorgverzekeringswet niet te maximaliseren op een inkomen van 55.000 euro. Er is in Nederland meer als genoeg geld om de zorg te kunnen betalen zonder het jaar op jaar te willen gaan temperen.