De afgelopen periode was er een van paniek en hectiek, heroïek en dramatiek, gevolgd door kritiek en maatschappelijke dynamiek. We gingen razendsnel naar een lockdown en krabbelen daar nu langzaam weer uit. De gebruikelijke systemen waarmee we ons zorgstelsel reguleren, werden goeddeels uitgeschakeld en snel omgebouwd. We maken een tijd door die in de geschiedenisboeken komt te staan.
Reflectie
De tijd voor reflectie is nu aangebroken; om te leren van wat goed ging of wat de volgende keer beter moet. We hebben de afgelopen maanden vanuit de Kwaliteitsraad in negen blogs veel kanten van de corona problematiek besproken. Vanuit het burgerperspectief, met onze visie op kwaliteit als leidraad. We hebben al vroeg gewezen op de onzichtbare slachtoffers van de crisis en op de vraagstukken buiten de IC’s, in bijvoorbeeld de ggz, in verpleeghuizen en voor mensen met een beperking. We hebben de grote gemeenschapskracht benoemd van bijvoorbeeld mensen die ook buiten de zorg voor elkaar zorgden. We hebben aandacht gevraagd voor de vraag of we maatschappelijk wel de goede keuzes hebben gemaakt, voor het belang van een goede data-infrastructuur en voor de veiligheid van medewerkers. Telkens bleek hoe belangrijk het is om het gesprek te voeren over wat belangrijk is voor ‘het goede leven’. En dat is meer dan alleen overleven.
Goede zorg
Wat ons dwars zat, is dat er te weinig ruimte was voor een debat over waarden en over het toepassen van richtlijnen. Als Kwaliteitsraad hebben we eind 2019 gesteld dat goede zorg gaat over het versterken van de mogelijkheden en gezondheid van mensen om eigen regie, sociale activiteiten en persoonlijke zingeving te ervaren. Het gaat om autonomie, in verbinding staan met anderen en betekenisvol bezig zijn. Goede zorg, ook in tijden van crisis, moet daarop aansluiten. Maar de lockdown raakten deze menselijke waarden heel hard, zeker die van de meest kwetsbaren onder ons.
Terugkijkend kunnen we zeggen dat iedereen in de zorg met hart en ziel heeft gewerkt en naar vermogen het allerbeste gedaan heeft. Dat was vaak erg moeilijk. Een groot aantal zorgverleners heeft grote risico’s moeten nemen, soms met fatale afloop. Daarbij past een respectvolle evaluatie, geen verwijten, maar een intentie om met elkaar te leren en het volgende keer weer beter te doen. Veel is daarover al gezegd.
Systemen
Wij pleiten ervoor de positieve ervaringen die er óók zijn geweest te verankeren in de systemen die we hebben. Laten we kijken waar we beter digitaal kunnen werken of welke regels overbodig zijn, hoe we beter kunnen samenwerken en wat beter centraal of decentraal geregeld kan worden. Hoe kunnen we de geleerde lessen inbouwen in onze nieuwe routines?
En als we spreken over ‘verankeren in systemen’ pleiten we nadrukkelijk niet voor meer bureaucratie. Het gevaar daarvoor is levensgroot als we kijken naar het debat over handhaven. Er zou zomaar een ‘coronacratie’ kunnen ontstaan met gedetailleerde regels die door allerlei instanties opgelegd kunnen worden.
Pas toe of leg uit
We pleiten op onderdelen zeker ook voor een terugkeer naar het ‘oude normaal’. Het principe ‘pas toe of leg uit’ is waardevol. Richtlijnen, normen en standaarden zijn hulpmiddelen die met verstand moeten worden toegepast naar de geest en de bedoeling ervan.
Nog belangrijker is de notie dat het niet alleen om evidentie en kennis gaat, maar ook om een weging van waarden. Kwaliteit is, zoals we ook als Kwaliteitsraad uitdragen, een normatief begrip, en het goede leven is dat ook. Voor de één is dat wat anders dan voor de ander. We horen over huiskamergesprekken, waarin het gaat over de vraag of je je op de IC zou laten opnemen. Voor veel mensen met een ‘risicoprofiel’ is dat geen uitgemaakte zaak. Veel familieleden en cliënten in de langdurige zorg kiezen voor contact in plaats van wegkwijnen in eenzaamheid. Veel mensen voelen verantwoordelijkheid voor het risico van zorgverleners, als ze dat moeten afwegen tegen het risico voor henzelf of hun naaste die geïnfecteerd is.
Gedeelde besluitvorming en morele keuzes
Er zijn de afgelopen periode veel morele dilemma’s geweest, het goede voor de één was de schade voor de ander. En beide wegen zwaar. Een keuze voor ‘goede’ zorg, is een morele keuze, gevoed door goede kennis en informatie. Als het gaat om leren en verbeteren, het toepassen van kwaliteitsstandaarden en kwaliteitskaders zal het gaan om dát te leren.
In de periode van het ‘oude’ normaal hebben we als Kwaliteitsraad geformuleerd dat gedeelde besluitvorming tussen de hulpvrager en hulpverlener altijd onderdeel uit maakt van goede zorg. Dat delen van besluitvorming was de afgelopen periode moeilijk te realiseren. Daar ligt een opgave: kunnen we met elkaar argumenten delen en op dat vlak samen leren en verbeteren?
Jan Kremer, voorzitter van de Kwaliteitsraad
Henk Nies, lid van de Kwaliteitsraad
De Kwaliteitsraad van Zorginstituut Nederland is een onafhankelijke raad van deskundigen op het gebied van kwaliteit van zorg. Voor de Kwaliteitsraad ligt de essentie van kwaliteit vooral in het samen leren en verbeteren. Wat goede zorg is wordt bepaald in de maatschappelijke context waarbij afwegingen tussen kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid worden gemaakt. Corona zal ook hierin een gamechanger zijn en het komend jaar onze agenda bepalen. Wat observeert of ervaart de Kwaliteitsraad deze dagen? Dit is het tiende en vooralsnog laatste blog in een serie van de Kwaliteitsraad over het coronavirus.
In totaal schreven leden van de Kwaliteitsraad tien blogs:
#1: De onzichtbare slachtoffers van het coronavirus
#2: Corona en de ggz, nog veel onbeantwoorde vragen
#3: Gemeenschapskracht in tijden van crisis
#4: 2020 terecht het jaar van de verpleegkundige
#5: Kwaliteit en toegankelijkheid van zorg in gevaar door uitgestelde zorgvraag
#6: Kwetsbare dialogen voor het goede leven
#7: Veiligheid eerst
#8: Corona, welvaart en vrijheid
#9: Inclusieve samenleving vraagt meer dan een gebarentolk
#10: Samen leren van corona