De standpunten van beleidsmakers en experts verschillen op verschillende thema’s. Denk aan bijvoorbeeld privacy bij contact tracing, het dragen van mondkapjes en de omvang en duur van de lockdown. Dat is niet alleen in ons land het geval. Dergelijke meningsverschillen bestaan in alle landen met coronabesmettingen. Bovendien verschillen de landen onderling ook in hun beleid.
Benjamin Cashore en Steven Bernstein publiceerden op 7 april een goed leesbaar artikel in het Global Policy Journal. Ze zijn beiden hoogleraar overheidsbeleid, de eerste in Singapore en de tweede in Toronto. Zij onderscheiden vier domeinen voor beleidsmakers en experts in tijden van corona. Hieronder komen die aan bod.
Domein 1: het verdelen van schaarse middelen
Sinds de corona-uitbraak is schaarste een hot onderwerp in Nederland. Zie de aandacht voor de schaarste aan mondkapjes, beademingsapparatuur, IC-bedden en testen. In de afbouw van de lockdown gaat de schaarste spelen vanwege de anderhalf meter-restrictie. Schouwburgen, stadions en openbaar vervoer hebben dan aanzienlijk minder capaciteit Een vraag is dan bijvoorbeeld: mogen 70-plussers in het OV tijdens de spits?
Domein 2: de maatschappelijke kosten-batenanalyse
De effecten van een gehele, intelligente of afwezige lockdown zijn te meten in geld. In elk scenario geldt een ander aantal verloren levensjaren. Het Zorginstituut Nederland rekent voor één levensjaar 80.000 euro. Een langdurige lockdown kost extra geld door bijvoorbeeld werkloosheidsuitkeringen en ondersteuning van bedrijven.
Onduidelijk is wat de kosten-batenanalyses zijn van elke soort lockdown. In het Nederlandse coronabeleid en de discussie daarover tussen experts komt dit beleidsdomein op gang in het economenvakblad ESB en in een van de talkshows. Mark Rutte houdt de discussie hierover af. Toch hebben het Centraal Planbureau en gezondheidseconomen de know how in huis om te rekenen met prijzen per aangepast levensjaar ofwel in vakjargon per Qualy en daarmee een kosten-batenanalyse per lockdown te ondersteunen.
Domein 3: een compromis zoeken
Voor een compromis zoekt de overheid draagvlak bij de bevolking en belangengroepen. Uitgangspunt hierbij is dat er tegenstrijdige doelen zijn. Cashore en Bernstein spreken van multi goal-policy. Als een compromis leidt tot groot draagvlak, is er sprake van gelegitimeerde en uit te voeren beslissingen. In Nederland viel het sluiten van de basisscholen onder deze invalshoek. Wetenschappelijk bewijs voor deze beslissing ontbrak.
Domein 4: de morele en wetenschappelijke onderbouwing
In de negentiende eeuw schaften vele landen de slavernij af vanwege het beginsel: een mens kan geen eigenaar zijn van een ander mens. Deze afschaffing had enorme economische en sociale gevolgen. Hier was sprake van morele beleidsvoering zonder afwegingen met andere overheidsdoelen zoals bij domein 3. In Nederland woedt thans een morele wetenschappelijke discussie over de privacy die behouden moet blijven, ook al zou een beperking daarvan leiden tot minder sterfgevallen.
Iets dergelijks geldt ook bij wetenschappelijke onderbouwing, bijvoorbeeld bij het wel of niet nuttig zijn van mondkapjes in de openbare ruimte in tijden van corona. Hier gat het om de vraag: is iets waar of niet waar?
Kortom
Elk van de eerste drie domeinen hebben een eigen methode van afwegingen maken. Bij de vierde vindt geen afweging plaats over na te streven doelen. In mijn komende blogs vermeld ik voortaan in welk domein ik zit. Hopelijk doen andere beleidsmakers en experts dat ook.