Per 1 juli is de nieuwe Wet Zeggenschap zorg ingegaan. Deze wet komt vanuit de gedachte die dertig jaar geleden al speelde bij de ‘Witte woede’: voor een goed functioneren van de verpleging en verzorging binnen instellingen en organisaties is een vertegenwoordiging in beleid en management op alle niveaus onontbeerlijk.
Om die vertegenwoordiging te bewerkstelligen, moet er een cultuuromslag binnen de zorg plaatsvinden, naar een meer “professional governance structuur”. Zorgverleners moeten invloed hebben op het primaire proces van zorgverlening en het zorginhoudelijke beleid van de organisatie.
Na dertig jaar een wet die helpt?
Wordt uitvoerend personeel vanaf nu dan echt betrokken door raden van bestuur? En belangrijker nog: gaan verpleegkundigen en verzorgenden dit hun betrokkenheid bij besluitvorming ook eindelijk opeisen? Daar waar een sterke Var/Zar zit, geloof ik best dat deze dat zullen oppakken en gaan gebruiken. Echter zijn er mijns inziens nog teveel instellingen waar die ruimte er niet is en niet gaat komen. Hoe graag men dit ook wil.
Zakelijk denken nog de norm
Op veel bestuursplekken zitten managers die denken te weten wat het beste is voor hun instelling, maar puur economisch en zakelijk denken. Neem minister Kuijpers, je zou denken dat hij door zijn ervaring in het werkveld en als geen ander de belangen van de zorg kent. Maar zijn we daar iets mee opgeschoten? Juist van hem zou je verwachten dat hij vecht voor het bestaan van het verpleegkundigenvak!
Onlangs interviewde ik van der Plas, en ook zij gaf aan dat het belangrijk is dat je met je poten in de klei blijft staan, en moet luisteren naar de mensen op de werkvloer. “Er moet meer vertrouwen komen in de zorgmedewerkers, zet mensen zelf aan het stuur.” Ook vertelde ze dat er geregeld gesprekken zijn tussen ministers en personeel, maar dat veel praktijkadviezen in een lade belanden en nauwelijks aan bod komen.
Wie voert het uit?
Als er zelfs op de plaats waar de wet gemaakt wordt, geen uitvoering aan gegeven wordt is het niet vreemd dat er weinig vertrouwen is. Daarnaast denk ik dat de werkdruk in de zorg nu zo hoog is dat veel zorgmedewerkers wel anders willen maar te uitgeblust zijn om dit te doen. Als ik om mij heen kijk, zie ik veel zorgmedewerkers uitvallen of vertrekken omdat ze het niet volhouden.
Daarnaast neemt door die (te) hoge werkdruk het werkplezier af. En dat baart mij zorgen: hoe kan er zonder werkplezier én te hoge werkdruk iets veranderen? Waar moeten we de ruimte vandaan halen? Aan alle kanten wordt aan zorgmedewerkers getrokken om meer uren te werken en extra diensten te draaien. Er wordt vergeten te vragen naar hun ideeën over de zorg en uitvoering daarvan. Dat heeft geen prioriteit.
Daar moet verandering in komen
De wet zegt dat zorgverleners de tijd en ruimte moeten krijgen om zich hierin te ontwikkelen. Stond er ook maar in hóe dat gaat gebeuren. Nu krijgt beddencapaciteit en productie behalen nog altijd voorrang. Zorgverzekeraars zullen hier een handreiking moeten doen, zodat zorgmedewerkers meer rust kunnen vinden in hun werk. Sluit bedden en haal de druk eraf. Liever oplopende wachtlijsten dan omvallende zorgmedewerkers.
Wat zijn de mogelijkheden?
Laat de zorg nou ook nog eens een vrouwenwereld zijn. Dat daar rekening mee gehouden wordt, is niet terug te zien in werktijden en mogelijkheden. Ik ken geen enkel ander beroep waar zo weinig rekening gehouden wordt met vrouwen. En laten we niet vergeten dat de financiële beloning ook meetelt in de personeelstekorten.
Hierover willen we zeggenschap
Eind vorig jaar lazen we de uitkomst van de peiling van het Landelijk Actieplan Zeggenschap en Veerkracht op Nursing. De top vijf onderwerpen waar verpleegkundigen en verzorgenden meer zeggenschap over willen:
- Personeelstekort beleid;
- Positionering van het beroep;
- Ontwikkelingen in de zorg;
- Rooster, verbeteren van zorg en administratie en registratie;
- Vakinhoudelijk en bij- en nascholing.
Zelf ben ik als zzp’er groot voorstander van zelfstandigen in de zorg, mits op de juiste plek en met een kritische blik. Waar zzp’ers waarschijnlijk al (veel) meer zeggenschap hebben over bovenstaande punten, komt het de kwaliteit van zorg niet gegarandeerd ten goede om met alleen maar zelfstandigen te werken.
Er moet een goede balans bestaan van zzp’ers en medewerkers in loondienst, een balans van betrokkenheid en zelfsturendheid. Doe daar wat aan zou ik zeggen en betrek medewerkers bij het uitvoeren en verbeteren van beleid, positionering, ontwikkeling, roosteren en bij- en nascholing. Geef de medewerkers meer zeggenschap. En nog belangrijker: spreek je uit als medewerker! Pak die zeggenschap en laat je horen.
Door: Margret Kortooms, ziekenhuisverpleegkundige en zzp’er in de terminale thuiszorg