Al jaren zoekt Nederland naar wegen om de zorg toegankelijk en betaalbaar te houden, zonder dat dit ten koste gaat van de kwaliteit. In plaats van de ‘black box’ van het verleden, waarin zorgaanbieders budgetten kregen toegewezen zonder dat duidelijk was welke prestaties daar tegenover stonden, is gekozen voor een vorm van gereguleerde marktwerking, met meer aandacht voor de zorgvraag en keuzevrijheid van patiënten, en met zorgverzekeraars als kritische inkopers.
Inzicht in zorgprestaties is daarbij essentieel. Hiermee is het mogelijk zorgaanbieders met elkaar te vergelijken, eenduidigheid in vraag en aanbod aan te brengen en de beste kwaliteit voor de beste prijs in te kopen. Een belangrijk instrument voor dit inzicht is de dbc-systematiek, die op 1 januari 2005 is ingevoerd. Deze systematiek geeft een objectieve beschrijving van de benodigde zorg bij bepaalde diagnoses.
Onbedoelde prikkels
Klink stelt terecht dat we er daarmee nog niet zijn. Volgens sommigen letten zorgverzekeraars nu te eenzijdig op de prijs en hebben zij te weinig oog voor de kwaliteit van de geleverde zorg. Anderen wijzen op de ‘onbedoelde prikkels’ in het stelsel: zorgaanbieders worden afgerekend op het aantal behandelingen, wat kan leiden tot onnodige ingrepen die soms zelfs strijdig zijn met het belang van de patiënt. Het idee dat het systeem van verzekeraars blinde prijsvechters en van zorgaanbieders mateloze geldgraaiers maakt, doet echter geen recht aan de werkelijkheid.
Vertrouwen is de basis
Het vertrouwen dat een medicus op professionele en verantwoorde wijze tot een behandeling besluit, is een belangrijke basis. Dit zal niet altijd kunnen voorkomen dat een onnodige behandeling wordt ingezet. Maar het gaat te ver om hiervoor een voortdurende verantwoording en intensieve controle in te zetten. Willen we nog meer tijd voor handen op het toetsenbord in plaats van aan de behandeltafel? Het kan ook anders.
Op basis van de informatie uit miljoenen dbc-trajecten over patiëntenprofielen en zorgactiviteiten is een kader ontstaan om geleverde zorg te kunnen beoordelen. Zorgaanbieders die significant afwijken van anderen komen daar vroeg of laat zelf achter; ook zorgverzekeraars kunnen individuele zorgprestaties aan gemiddelden toetsen. Een arts die steevast onnodige, of onnodig zware behandelingen inzet, zal daar op aangesproken worden. Omgekeerd kan een verzekeraar een hogere prijs afspreken met een arts die juist betere kwaliteit levert.
Spiegelen aan anderen
Om dit te realiseren, is het essentieel dat zorgverleners hun handelen en de keuzes die zij maken voortdurend (kunnen) spiegelen aan anderen. Juist door aspecten als kwaliteit en gezondheidswinst een plek te geven in de beoordeling van zorgaanbieders, wordt een te eenzijdige fixatie op aantal en prijs van de gegeven behandelingen vermeden.
Kwalitatieve indicatoren
Het huidige systeem biedt naast kwantitatieve data ook volop ruimte voor kwalitatieve indicatoren. Een medisch specialist zou bijvoorbeeld kunnen worden betaald voor de tijd die nodig is om een patiënt voor te lichten over de voor- en nadelen van een behandeling, in plaats van dat hij uitsluitend wordt afgerekend op basis van de gegeven behandelingen. Ook zou kritisch kunnen worden gekeken naar behandelingen waarvan de meerwaarde onvoldoende wetenschappelijk is bewezen. Verzekeraars kunnen zorgaanbieders belonen als patiënten minder lang in een ziekenhuis verblijven, minder vaak een tweede operatie nodig hebben of sneller geholpen kunnen worden vanwege kortere wachtlijsten. Maatwerk is mogelijk, ook door verzekeraars en patiënten mee te laten kijken wanneer zorgaanbieders menen dat met een afwijkende aanpak meer gezondheidswinst mogelijk is.
Bouwen op een bestaand fundament
Doorontwikkeling van de dbc-systematiek, met meer aandacht voor kwaliteitselementen naast de bestaande kwantitatieve factoren, biedt het grote voordeel dat er verder wordt gebouwd op een bestaand fundament. Met de kritische kanttekeningen van Klink kunnen zorgverzekeraars en zorgaanbieders hun voordeel doen door samen te werken aan een stelsel waarin passende zorg wordt geboden, tegen een redelijke prijs en met de beste gezondheidswinst voor de patiënt. Transparantie door (beter) inzicht in de geleverde zorg is en blijft daarbij essentieel. Dat bereiken we door ook de kwaliteit van de geleverde zorg te meten en te onderkennen dat betere zorg soms vraagt om minder te doen in plaats van meer. Radicaal breken met wat er tot nu toe is gegroeid – door terug te keren naar het verleden of met een volledig nieuw stelsel te beginnen – zou betekenen dat we het kind met het badwater weggooien. Daar is noch de zorg noch de samenleving bij gebaat.
Hans Simons, voorzitter raad van toezicht DBC-Onderhoud en oud-staatssecretaris VWS
Chrit van Ewijk, bestuurder DBC-Onderhoud en voormalig zorgdirecteur
Lees ook:
Hans Simons, bah, dat is die knaap die psychiaters destijds in de AWBZ stopte met alle gevolgen van dien; daarnaast mislukt ziekenhuisbestuurder in Zeeland.
Wie definieert ZORGKWALITEIT ???? Bovenstaande managements-taal is de duur KLINK- ende en betaalde vaagtaal van gebakken lucht, waarvan de kwaliteitsmeting niet verder kan zijn dan de kilometersheffing van de kwaliteit van bestuurders en hun salarissen die resulteren in uitkomstfinanciering , die gezondheidswinst zelfs waarborgt door financiele aderlating van de patient !!?? Bovenstaande artikel heeft als motto : Van Zorg weten we niks , maar we kunnen er met steeds meer onzin-geblaat nog nietszeggender omheen rijmen.
Laten we veronderstellen dat we kwaliteit kunnen meten. Oh kan dat nog niet? Laten we dan veronderstellen dat we kwaliteit binnenkort kunnen meten. Wat zegt u? Zal dat binnenkort niet lukken? Dan werken de voormalige stuurgroeppartijen vast aan een betere meting. Zeggen die partijen dat de methoden onvoldoende ontwikkelt zijn voor uitkomstmeting? Dan is ZonMw vast bezig met een programma om de kwaliteit van zorg beter te kunnen meten. Is dat ook niet het geval? Hmm. Nou daar moeten we het later maar eens over hebben. Laten we voor dit moment even veronderstellen we even dat we kwaliteit kunnen meten.