Ook zorgverleners vragen zich af of de corona-aanpak nog de beste uitkomsten biedt en mengen zich in het publieke debat. De discussies die volgen, veelal in de media, leggen het gebrek aan harde feiten, bestaande controverses en de complexiteit van zorgverlening tijdens crises bloot. Opiniestukken en talkshows blijken de ware dialoog niet te kunnen vervangen. Integendeel, verdergaande polarisatie ligt op de loer.
Dialogen over goede zorg in coronatijden
Dialogen over ‘goede zorg in coronatijden’, waarbij actief gezocht wordt naar de wijsheid van meer- en minderheden, dienen meerdere doelen. Ten eerste scheppen ze de ruimte om eigen beelden te toetsen, ervaringen te delen en te reflecteren op dilemma’s. Ten tweede bieden goede gesprekken meer zicht op de gezamenlijke klussen die geklaard moeten worden en wie, wat kan bijdragen om Nederland gezond te houden. Ten derde leiden goede dialogen ertoe dat zorgverleners zich gehoord weten in hún zorgen over hun (patiënten)populatie. Dat is essentieel om het draagvlak voor moeilijke maatregelen te behouden. Ten slotte versterken we – in dialoog – de overkoepelende samenwerking tussen zorginstellingen en wetenschappelijke verenigingen. Wat de exacte uitkomst van deze dialogen zal zijn, weten we pas als ze daadwerkelijk gevoerd zijn. Gaan we niet in dialoog, dan blijft het bij acties gebaseerd op een beperkt aantal perspectieven. En dat is nu precies waar we mee moeten stoppen.
Gevolgen coronacrisis beschouwen
Vrijwel alle zorgverleners ondersteunen het initiële uitgangspunt van de coronastrategie: flatten the curve. Het is een ramp als de zorgcapaciteit massaal wordt overschreden. Tegelijkertijd moeten we de gevolgen van de pandemie en de maatregelen op de maatschappij in haar volle breedte beschouwen. De maatregelen worden genomen vanuit solidariteit met de meest kwetsbaren in onze samenleving. Maar van wie en voor hoe lang kunnen we solidariteit vragen? En is de solidariteit ook wederkerig nu de crisis zo lang duurt? Harde getallen zijn nog beperkt, maar de signalen van angst, stress, eenzaamheid, middelenmisbruik, leerachterstanden, (dreigende) armoede en huiselijk geweld stapelen zich op. De afgelopen decennia is de sociale ongelijkheid in ons land flink toegenomen. Het is nog onzeker hoe de coronacrisis deze ongelijkheden verder vergroot, maar op zijn minst legt zij de verschillen pijnlijk bloot. Is goede zorg dan het treffen van maatregelen om de verspreiding van het virus maximaal te vertragen? Of is goede zorg juist het aanpassen van de huidige maatregelen om de keerzijdes te beperken? En accepteren we dan mogelijk meer (over)lijden door covid?
Vanuit verschillende perspectieven bekijken
Hoe je hier als zorgverlener naar kijkt, hangt af van welke risico’s je meeweegt (op de korte en langere termijn), welke mogelijkheden je ziet om schaarse middelen te verdelen en door welke ethische bril je kijkt. Redeneer je bijvoorbeeld primair vanuit een utilitaristisch perspectief: het streven naar een zo groot mogelijke mate van gezondheid voor zoveel mogelijk mensen? Of redeneer je primair vanuit een plichtethiek: deze patiënt komt op mijn weg en ik ga mijn plicht doen en hem/haar de best mogelijke zorg leveren. Het vergt dus dialoog om ‘de feiten’ over deze uitbraak, de gevolgen van de aanpak en de mogelijke interventies te verzamelen, vanuit verschillende perspectieven te duiden en met elkaar te zoeken naar de optimale aanpak.
Zonder taboes spreken
Door de gehele Nederlandse bevolking te beschouwen als ‘onze patiënt’, beperken we de kans dat we in de valkuil van de fixation error stappen, ons vooral op covid richten en daarmee andere letsels over het hoofd zien of suboptimaal behandelen. Dat vergt gesprekken waarbij zonder taboes met elkaar wordt gesproken en openhartig naar elkaar wordt geluisterd. Gesprekken met inbreng van het gehele ‘behandelteam’ van onze patiënt: professionals uit de preventieve zorg, nulde-lijn, cure en care. Door dialogen op te starten, zal al doende duidelijk worden wie er kunnen en willen deelnemen en hoe we ook de perspectieven van hun (patiënten)populatie kunnen inbrengen. We kunnen daarbij hulpbronnen inschakelen, waaronder de expertise van de Denktank Coronacrisis geïnitieerd door de Sociaal-Economische Raad, de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving en de kennis die het RIVM met partners bijeenbrengt over de bestrijding én de langetermijneffecten.
Brede dialoog aangaan
Het aangaan van de dialoog vraagt geen bijzondere expertise, wel een open mind en moed om de ander te ontmoeten, te luisteren, bij te dragen aan het goede gesprek en de bereidheid om eventueel de eigen koers te wijzigen. Wat ons betreft zijn we het verplicht, zowel aan de patiënten voor wie wij zorgen als aan onszelf, om de brede dialoog over goede zorg aan te gaan. Alleen in dialoog kunnen wij, zorgverleners, optimaal bijdragen om de vele noodkreten die wij horen om te zetten in acties die de volksgezondheid daadwerkelijk bevorderen.
Startvraag voor de dialoog: Welke mogelijkheden zie jij om in de huidige omstandigheden de volksgezondheid te bevorderen?
Door: Marleen Kraaij–Dirkzwager, arts Maatschappij + Gezondheid, Elburg, Nynke Postma, anesthesioloog – intensivist, Winterswijk, Saskia Benthem, huisarts, Afferden en Hugo R.W. Touw, anesthesioloog – intensivist, Nijmegen.
Ook de zorgverleners voor wie de maatregelen worden gehandhaafd, met als doel de druk op de zorg te verminderen, zijn burgers. Ze zijn ouders, hebben een -soms oude- moeder of vader die kwetsbaar is maar ook eenzaam, en ze missen net als iedereen sociaal contact, ontspanning en cultuur. In de brede dialoog mogen ook deze geluiden uit de mond van zorgverleners en de mensen om hen heen (beleidsmaker, opleiders) gehoord worden. Een strikt medische en risicomijdende opstelling van OMT en kabinet verhindert dit.