Artikel bewaren

U heeft een account nodig om artikelen in uw profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Het zorgprestatiemodel is zo slecht nog niet

De kranten schrijven vooral over de nadelen die het zorgprestatiemodel met zich mee zou brengen voor ggz-instellingen. Ze zouden verlies draaien. Volgens mij zitten ze op een goudmijn. De instellingspsychiaters hoeven alleen maar meer mét de patiënt te praten en minder over hem of haar.
Gerard van den Berg
Gerard van den Berg, zelfstandig gevestigd psychiater

Als zelfstandig gevestigd psychiater (zgp) moet je alles zelf doen. Dit heeft als voordeel dat je beter geïnformeerd bent over wet- en regelgeving dan collega’s die in een instelling werken. Zo herinner ik me de invoering van de dbc-systematiek in 2008. Een grote verandering van een zak met geld, die instellingen naar eigen inzicht mochten besteden, naar een tijdverantwoordingssysteem.

Krenten uit de pap

Ik vond het een goed systeem. Indirect-patiëntgebonden tijd werd even goed betaald als de tijd dat je met de patiënt in gesprek was. Toch is de dbc-financiering nooit erg populair geworden. Het zou ten koste gaan van de zorg voor de meest kwetsbaren en zorgaanbieders zouden de krenten uit de pap halen om meer omzet te genereren. Misschien is dat zo, maar dat kan niet toegeschreven worden aan de dbc-financiering omdat alle tijd die aan een patiënt besteed werd evenveel opleverde en niet afhankelijk was van de kwetsbaarheid van de patiënt.

Vreemde staffels

Het enige nadeel dat naar mijn mening aan de dbc’s kleefde, waren de vreemde staffels die gebaseerd waren op gemiddelde behandelingen in de ggz. In de ggz zijn 5, 13 en 20 magische getallen.

In de tijd van de Riagg’s duurde meer dan 50 procent van de behandelingen niet langer dan vijf zittingen. De de meeste dbc’s stopten rond dit punt. Dat is zo omdat de bedenker het zo bedacht heeft. Natuurlijk heeft het staffelsysteem geleid tot veranderingen. Dat is logisch. Als een methode ingevoerd wordt, leidt dit altijd tot veranderingen hetgeen je een détournemant de pouvoir zou kunnen noemen. Dit gaat ook gebeuren na de in voering van het zorgprestatiemodel (zpm).

Meevaller

Hoewel ik me altijd verzet heb tegen het zpm moet ik zeggen dat het me meevalt. Financieel ben ik erop vooruitgegaan, zo’n 17 procent. Dit komt doordat het zpm de betaling laat afhangen van de discipline die de behandeling uitvoert. Weliswaar was het een geweldige aanslag op het ego van de zgp dat hij betaald werd als een artikel 3-beroep in plaats van een artikel 14-beroep. Terecht dat een grote groep zgp’ers de actiegroep ‘ZGP aanzet’ heeft opgericht en dat er rechtszaken zijn aangespannen.

Misverstand

Alles berustte op een misverstand doordat voormalig staatssecretaris Paul Blokhuis de zgp verwarde met zzp (zelfstandige psychiaters zonder personeel). Hij was bang dat als de tarieven voor de zgp met 30 procent zouden stijgen, de uittocht bij instellingen nog groter zou worden. Dat is natuurlijk niet zo, want zzp gaan niet meer verdienen door de zpm, ze gaan voor de instellingen wel meer geld in het laatje brengen.

Meer praten mét de patiënt

Tot mijn verbazing staan de kranten vol van de nadelen die het zpm met zich mee zou brengen voor instellingen. Ze zouden verlies draaien, terwijl ze volgens mij op een goudmijn zitten. Je hoeft alleen maar meer mét de patiënt te praten en minder over hem of haar.

Tijdens visitaties merk ik dat instellingspsychiaters wel cursussen gekregen hebben over het zpm, maar in de praktijk niet de essentie begrijpen. Zo houd ik hen voor om alle patiënten hun telefoonnummer en e-mailadres te geven. Telefoongesprekken en het lezen en beantwoorden van mails is direct patiëntgebonden tijd.

De indirect patiëntgebonden tijd verminderen, levert eveneens geld op. Meer met de patiënten praten en minder over, verhoogt de inkomsten van de instelling. Vraag pas een collega om hulp als je vastloopt in plaats van ellelange intakes en intake vergaderingen te houden.

Geschiedenis herhaalt zich

Het nadeel is natuurlijk dat er op den duur een détournemant de pouvoir zal optreden. De huidige tarieven zijn gebaseerd op het verleden, uitgaande van de situatie dat de meeste psychiaters meer dan 50 procent van hun tijd besteden aan administratie. Als ze dit zouden terugbrengen naar 25 procent en minder zouden vergaderen, dan krijgt de instelling natuurlijk veel meer uitbetaald dan waar zij op grond van de oude gegevens recht op heeft. De geschiedenis herhaalt zich dan: of de tarieven gaan dalen of de kritiek wordt weer zo groot dat er een nieuw systeem wordt bedacht.

Door: Gerard van den Berg, zelfstandig gevestigd psychiater te Utrecht

Geef uw reactie

Om te kunnen reageren moet u ingelogd zijn. Heeft u nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.