Huisartsen hebben het zwaar, hun takenpakket dijt uit, de administratieve lastendruk is hoog. Volkskrant-columnist Danka Stuijver stelt de huisartsen voor eens vaker nee te zeggen wanneer er weer iets nieuws van hen gevraagd wordt. Als het gaat om zaken die eigenlijk bij anderen liggen, zoals lijkschouwing, is dat volkomen terecht. Toch is het goed de taken en positie van de huisarts kritisch te bezien. Terug naar de bedoeling van de huisartsenfunctie
Poetsdoek of poortwachter
In de Nederlandse zorg neemt de huisarts een centrale positie in. Hij/zij is de poortwachter van de zorg omdat we in Nederland niet willen dat patiënten drempelloos een ziekenhuis kunnen binnenstappen. Daardoor komt veel, zo niet nagenoeg alle, problematiek van patiënten ongericht en onverwacht bij de huisarts als eerste binnen. Daar krijgt een huisarts veel werk door. ‘Poetsdoek’ of ‘duizenddingendoekje’, zoals Stuijver de huisarts omschreef, is dan een wat negatieve en denigrerende kwalificatie van de poortwachtersfunctie van de huisarts. Maar er is wel reden de poortwachtersfunctie opnieuw te definiëren en te re-organiseren. Kan de huidige organisatie van huisartsenzorg die functie in deze tijd nog aan?
Er komt zeker veel op het bordje van de huisarts. Maar misschien maken we soms wel te weinig of onvoldoende gebruik van de goed gespreide huisartsenzorg. Kijk naar de corona-pandemie. Huisartsen moesten in de coronacrisis via de pers vernemen wat er van hen verwacht werd. Dat is verkeerd. De focus lag direct op de ziekenhuiszorg (IC-capaciteit), Wellicht was het beter geweest de opbouw van de coronazorg, met de benodigde investeringen, vanuit de huisartsenzorg te laten plaatsvinden. De evaluatie zal dat uitwijzen. Kern van de zaak is: de huisarts ís het eerste aanspreekpunt in de zorg, zo hebben we de zorg opgebouwd. Dat functioneert in principe goed, maar het is de vraag of de huidige versplinterde organisatie van huisartsenzorg corona adequaat had kunnen bestrijden.
Werkdruk
Driekwart van de huisartsen vindt de werkdruk te hoog, leerde LHV-onderzoek. Een kwart van de huisartsen dus niet. De werkdruk is ongelijk verdeeld. Overigens geeft het onderzoek aan dat die hoge werkdruk vooral komt door het moeizaam kunnen regelen van waarneming bij avond-, nacht- en weekenddiensten en de corona-inhaalzorg.
Een gebrek aan huisartsen is een probleem, dat stuwt de werkdruk op, maar is niet alléén een huisartsenprobleem. Het personeelstekort doet zich op veel plekken in de zorg voor. Maar niet alles is kommer en kwel. De opleidingscapaciteit is inmiddels opgehoogd, het aantal huisartsen is sinds 2000 met ruim 4000 toegenomen en er is en wordt drastisch geïnvesteerd in de huisartsenzorg. Alleen al de afgelopen twee jaar een half miljard euro extra. Daarvan kan (mits voorradig) hulppersoneel voor in de praktijk aangetrokken worden. Mogelijkheden legio: specialistische verpleegkundigen, poh-ggz, praktijkverpleegkundigen, enzovoort.
Onzinnige informatie-aanvragen
Volkskrant-columnist en huisarts Rinske van de Goor is op LinkedIn een actie gestart rond onzinnige informatieverzoeken aan de huisarts. Een huisarts krijgt vaak en veel verzoeken om informatie over een patiënt. Het gaat dan om schriftelijke en medische informatieverstrekking van een bedrijfsarts, verzekeringsarts, het centraal bureau rijvaardigheidsbewijzen (CBR) of andere partijen binnen sociaalrechtelijke wetgeving. Als de informatieverzoeken onzinnig zijn dienen ze onmiddellijk afgeschaft te worden, maar anderzijds: het is ook het succes van de huisartsenzorg. Want de huisarts is voor het verstrekken van informatie wel dé aangewezen persoon; iedereen heeft immers een huisarts die je medische geschiedenis kent en te vertrouwen is. Informatie verstrekken is óók onderdeel van de poortwachtersfunctie.
En een huisarts hoeft dat ook weer niet voor niets te doen: het tarief bedraagt 15,57 euro per vijf minuten tijd. Vaak kan volgens mij een doktersassistente (een deel van) de werkzaamheden verrichten.
Het doet allemaal niets af aan het feit dat het takenpakket van de huisarts is gegroeid. En eigenlijk willen we dat er zorg vanuit het ziekenhuis verplaatst wordt naar de eerstelijn, naar de huisarts, waardoor diens takenpakket nog verder uitdijt. Alle reden om het imago en de aantrekkelijkheid van het huisartsenvak te gaan verhogen, erin te investeren en het imago en de werkomstandigheden te verbeteren.
Veel klachten zijn er over de administratieve lastendruk. Daarover gaat deel 2 van dit drieluik. Deel 3 behandelt de bekostiging.
Martien Bouwmans
Auteur van: Het zorgstelsel ontrafeld