Nu de coronamaatregelen versoepeld worden, ontstaat een groot vraagstuk, dat makkelijk ondergesneeuwd raakt. Alle ogen zijn nog steeds gericht op de ziekenhuizen en in het bijzonder de IC’s. De vragen elders in de zorg en de samenleving stapelen zich op. Kwaliteit, betaalbaarheid en toegankelijkheid zijn basiskenmerken van de publieke dienstverlening die op orde moeten zijn. Niet alleen in de zorg, in de hele samenleving; het debat is nu te smal.
De toegankelijkheid van onze samenleving voor kwetsbare mensen en mensen met beperkingen wordt er niet beter op. Het is echter geen onderwerp in het huidige corona-discours. Dat gaat over stranden, horeca, vakantiebestemmingen, openbaar vervoer, winkelstraten, musea en theaters. Het betreft de uitdagingen voor ondernemers en voor het grote publiek.
Gebarentolk als begin van het nieuwe normaal
Ook mensen met beperkingen staan voor grote uitdagingen. Uitdagingen waarbij de beleidsmakers en ondernemers minder vanzelfsprekend stilstaan. Het is fijn dat gebarentolk Irma Sluis sinds half maart 2020 de teksten van de bewindslieden voor de vele mensen die doof zijn begrijpelijk maakt. Maar daarmee zijn we er niet. De gevolgen van de coronamaatregelen voor mensen met een beperking zijn groot. Ze staan hun deelname aan de samenleving, en daarmee de kwaliteit van hun leven in de weg.
Denk aan mensen die slecht zien en dus niet weten of ze voldoende afstand houden. En mensen die slecht horen en niet kunnen spraakafzien vanwege het mondkapje dat sprekers dragen. Of mensen in een rolstoel, die de uitgezette looproute niet kunnen volgen vanwege de obstakels die de voetgangersstromen scheiden.
Inclusie als uitgangspunt
Veel strategieën om uit de ‘intelligente’ lockdown te komen zijn gericht op Nederlanders die goed kunnen zien, horen, bewegen en begrijpen. Voor mensen met een beperking is onvoldoende aandacht. Met als gevolg dat zij weer niet mee kunnen doen, buitengesloten worden, nog meer afhankelijk worden van hulp. Sociale eenzaamheid ligt op de loer. In een samenleving waarin we verwachten dat iedereen meedoet, moeten we ervoor zorgen dat iedereen mee kán doen. Laten we daarom vanaf nu bij alle maatregelen en nieuwe ontwikkelingen, zoals corona-apps en andere tools inclusie als uitgangspunt nemen. Zowel binnen als buiten de zorg.
Onbeperkt meedoen
Dit betekent dat we bij iedere maatregel en richtlijn expliciet beschrijven hoe kwetsbare groepen daarin gesteund worden. Bijvoorbeeld door transparante mondkapjes te stimuleren in het openbaar vervoer, in het ziekenhuis en op alle andere plekken in het dagelijks leven waar dat gewenst is. Zodat iemand met slechthorendheid of doofheid kan meedoen in de communicatie. Door de anderhalvemetermarkeringen in een goed contrasterende kleur aan te brengen om de toegankelijkheid voor mensen met zichtproblemen te bevorderen. Door te zorgen dat beschermende middelen beschikbaar zijn op de dagbesteding voor mensen met een verstandelijke beperking of psychische stoornis. Door informatie in eenvoudige taal of beeldtaal te verschaffen voor mensen die moeite hebben met lezen of begrijpen.
We zijn als samenleving zelfs verplicht te zorgen dat iedereen onbeperkt kan meedoen op grond van het – ook door Nederland – geratificeerde VN-verdrag voor de rechten van mensen met een handicap. Een plicht, die in het coronatumult ondergesneeuwd dreigt te raken. Gelukkig zijn er al veel ideeën hoe het kan, zoals recent nog van Ieder(in), het grootste netwerk in Nederland van mensen met een beperking.
Besluitvorming vanuit diversiteit
Het is niet zo makkelijk je te verplaatsen in iemand voor wie dat wat vanzelfsprekend lijkt, niet vanzelfsprekend is. Het is daarom zaak de juiste personen aan tafel te krijgen bij het ontwikkelen van nieuwe maatregelen en richtlijnen. Niet alleen virologen en epidemiologen, crowd control experts of veiligheidsdeskundigen, maar ook vertegenwoordigers van kwetsbare groepen en ervaringsdeskundigen Zij kunnen goed meepraten en meebepalen hoe we de samenleving in het algemeen – en de zorg in het bijzonder – voor iedereen goed inrichten. Zo komen de waarden veiligheid, kwaliteit van leven, toegankelijkheid en betaalbaarheid in balans.
Alleen samen met mensen met een beperking krijgen we corona onder controle voor iedereen.
Henk Nies (lid Kwaliteitsraad), Anne-Miek Vroom (lid Kwaliteitsraad en ervaringsdeskundige), Ineke van der Voort (Zorginstituut Nederland) en Mariska Stam (Zorginstituut Nederland)
‘We zijn als samenleving zelfs verplicht te zorgen dat iedereen onbeperkt kan meedoen op grond van het – ook door Nederland – geratificeerde VN-verdrag voor de rechten van mensen met een handicap. Een plicht, die in het coronatumult ondergesneeuwd dreigt te raken.’ Dat klopt helemaal. Alleen heeft het ministerie van VWS er sindsdien vooral met de pet naar gegooid en is de tijd van ‘aardig blijven’ en ‘nieuwe ideeën’ al ruimschoots voorbij. Corona is een gigantische extra handicap voor 15% van alle Nederlanders met een beperking. Als deskundige in toegankelijkheid kan ik alleen nog maar eens benadrukken dat de communicatie richting mensen zonder beperking al decennia faalt (‘een beperking kan iedereen binnen 2 seconden overkomen – waarna je in een parallelle samenleving verdwijnt die je vervolgens vooral negeert’) en dat ik tig betrokkenen in rolstoelen heb gesproken die zich al vele jaren miskend voelen. Waar Corona in verschillende sectoren tot creatieve stappen dwingt in een fractie van de tijd is op heet vlak van inclusiviteit nu een dubbele wereld te winnen!