Het was begin dit jaar even een hype. Een zoon start een facebookactie om aandacht te vragen voor het feit dat zijn ouders na zestig jaar niet langer bij elkaar kunnen blijven wonen, omdat een van hen verpleeghuisbehoeftig is geworden. Het stadsbestuur van Leiden, waar de familie woont, zegt niet veel invloed uit te kunnen oefenen op de huisvesting van ouderen in instellingen. Een oplossing is voor het echtpaar niet gevonden, ondanks het feit dat staatssecretaris Van Rijn heeft aangegeven dat niemand tegen zijn zin gescheiden mag worden van de partner. De zoon heeft zich bij de situatie neergelegd. 100.000 likes in no time, maar toch. Het ligt aan het systeem, hè?
Zeer begaan
De intenties van staatssecretaris Van Rijn zullen absoluut goed zijn. In interviews put hij geregeld uit ervaringen met zijn eigen vader en moeder; hij wekt oprecht de indruk zeer begaan te zijn met z’n ouders. Des te opmerkelijker vond ik het dat hij in zijn functie van staatssecretaris een thema als het scheiden van oudere echtparen zo rationeel aanpakt. Hij heeft opdracht gegeven tot een onderzoek dat de knelpunten in kaart moet brengen rondom opname van echtparen in het verpleeg- of verzorgingshuis. Terwijl een thema als dit gewoon een ethische kwestie is. Geen gemarchandeer: je mag in Nederland ouderen nooit gedwongen van elkaar scheiden. De Tweede Kamer sprak dat al uit in 2003!
Het onderzoeksbureau heeft zich waarlijk goed van zijn taak gekweten en memoreert hoe snel het onderzoek moest. Eind januari speelde het en op 2 juni ligt het rapport er. Hm, op zekere leeftijd zijn een paar maanden kostbare tijdseenheden.
Wel samen
Maar we kennen nu wel de feiten. Artikel 9 lid 3 van het Besluit Zorgaanspraken van de AWBZ regelt expliciet de mogelijkheid om zonder eigen indicatie opgenomen te worden in een verpleeg- of verzorgingshuis samen met de partner die wel een daartoe strekkende indicatie heeft vanwege somatische en/of psychogeriatrische problematiek. Gemiddeld gaat het per zorginstelling om twee aanvragen door echtparen; 1220 aanvragen per jaar. 62 procent van de zorgaanbieders weigert een dergelijke aanvraag niet; 38 procent dus wel. Het verblijf van een niet-geïndiceerde partner kan worden bekostigd op basis van de NZa-prestatiebeschrijving 6.2.3. Fijntjes wordt in de inleiding van het onderzoeksverslag opgemerkt: ‘Deze problematiek is zoals aangegeven niet gelegen in het wettelijk kader.’ De onderzoekers concluderen dat het komt door niet of niet direct beschikbaar hebben van een ‘echtparenappartement’ of door de verschillen in zorgzwaarte. Deze conclusie trekken zij op basis van vragenlijsten die louter onder zorgkantoren en zorgaanbieders zijn uitgezet; de ouderen of hun naasten is niets gevraagd.
Blik op de toekomst
Ook al ontbeert het onderzoek elk kwalitatief onderzoek of ethisch/filosofisch element, toch geven de onderzoekers als ‘Blik op de toekomst’ mee: ‘Het goed inzichtelijk hebben van de veranderende zorgvraag en hierop kunnen anticiperen zal in de toekomst het verschil maken tussen het aanbod van de zorgaanbieders. Een heldere en integrale visie op zorg, wonen en welzijn zijn cruciaal voor het creëren van een duurzaam en passend aanbod.’ Nou zeg. Daar zal de familie uit Leiden mee geholpen zijn.
Goede voorbeelden
Nee, de staatssecretaris had zich het onderzoek kunnen besparen en kunnen volstaan met verwijzing naar genoemd artikel 9 lid 3 en de mededeling dat zorgkantoren en zorgaanbieders op straffe van een boete deze behoren na te leven. Hij had kunnen wijzen op de goede voorbeelden in het land. Zoals een woonzorgcentrum in Amsterdam. Daar delen een vitale man en zijn lichamelijk beperkte vrouw een tweepersoonskamer op een somatische afdeling. Dat is weliswaar geen ideale situatie, maar zodra er een geschikt appartement vrijkomt, zijn zij de eersten die daar intern naartoe verhuizen. Dat wisten ze. Om bij elkaar te kunnen blijven, hebben ze toch hiervoor gekozen.
Of het woonzorgcentrum in de Haagse wijk Transvaal. De kinderen van een echtpaar kregen in de hele regio, ook van ‘de instanties’, nul op het rekest bij hun zoektocht om vader (somatisch) en moeder (dement) bij elkaar te kunnen laten blijven. Tot ze in Transvaal kwamen. Natuurlijk kon de man bij zijn vrouw op een kamer. Het moest dan wel de besloten afdeling zijn, waar hij natuurlijk vrij in en uit kon gaan. Maar na een paar nachten vond de man het zelf te onrustig en vroeg hij om een eigen slaapkamer. Maar overdag delen zij nog al het lief en leed.
Anders denken
De staatssecretaris had een meldpunt en een voorlichtingscampagne kunnen starten om de doembeelden bij ouderen weg te nemen. Daarmee had hij tegelijkertijd de heersende manier van het systeemdenken, voor en over de hoofden van de ouderen, kunnen doorbreken.
Het geld was er veel beter aan besteed. Dit thema vraagt niet om een rationeel knelpuntenonderzoek onder hen die er niet rechtstreeks onder leiden. Dit thema vraagt om emotioneel- ethisch handelen, waarbij de oplossingen gezocht worden vanuit het vertrekpunt: hoe zou ik erin staan als het mijn eigen vader en moeder betrof?
Hetti Willemse
http://youtu.be/dm_TzKprOls
C.M.J.Lambermont
Tegenwoordig weten velen wat ”ouderenmishandeling”is.
Wat ook heel erg is: ”ouderenMISbehandeling”
Daar is hier sprake van !
Een mooie en krachtige reactie over hoe systemen en bureaucratie rond dergelijke ouderen nu werken. Er spelen momenteel veel vergelijkbare vraagstukken in het maatschappelijke leven. Het is jammer dat veel mensen, ook deze ouderen, nog steeds zelf weinig regie mogen en kunnen nemen in het concretiseren van een voor hen meest passende oplossing. Laten we het geld aan dergelijke ondersteuningstrajecten gaan besteden en er voor zorgen dat we van ‘Klant centraal’ (of andere term) een minder holle leus maken en het in praktijk met meer ruimte en creativiteit (kunnen) oppakken. Overheid en andere financiers kunnen er voor zorgen dat zo’n ontwikkelproces kwalitatief handen en voeten krijgt. De overheid zal dan vaak kunnen volstaan met het zorgen voor meer procesondersteuning en zorgen voor experimenteerruimte in de wetgeving. Financiers zullen de mauwen moeten opstropen omdat ze vaak ook een sector overstijgende aanpak moeten ondersteunen. Ook daar zit vaak een bottleneck. Niet onderzoeken maar gewoon doen, dacht ik zo.
Het is goed dat naar voren komt hoe vrijblijvend men in de publieke sector kan omgaan met basale vragen van burgers. En dat zou niet moeten kunnen bij zoiets fundamenteels als een echtpaar dat niets anders wil dan het leven met elkaar voortzetten ondanks gezondheids- of welzijnsbeperkingen. Men zou moeten kunnen wonen waar men wil. Hoewel uitgangspunten beter gedefinieerd en beschermd zouden kunnen worden (bij wet) denk ik niet dat dit een macro beleidskwestie is, maar een ondernemers- en inrichtingskwestie. Hopelijk leidt duurzaam wonen en zorg scheiden qua businessmodel tot meer flexibiliteit en creativiteit om altijd voldoende plaats te hebben voor inwonende partners. Dat zou moeten kunnen wanneer publiek van privaat onderscheiden is, hetgeen ruimte laat voor particuliere opbrengsten en onafhankelijkheid ten opzichte van zorgcomponent #draaiboekwonenvanzorgonderscheiden en #improvement model
Bij Avoord Zorg en Wonen in Etten-Leur kunnen echtparten altijd bij elkaar blijven, al sinds 2004. Of in hetzelfde appartement en (als dat volgens hen of de kinderen niet meer gaat) in hetzelfde gebouw. In het gebouw zijn kleinschalige woongroepen. Met dit concept kunnen echtparen kiezen of ze altijd of delen van de dag of nacht bij elkaar willen zijn. Bij ernstig dwaalgedrag wordt soms geadviseerd om ’s nachts op de kleinschalige woongroep te blijven, zodat de partner overdag goed uitgerust is en daardoor voor de partner kan zorgen. Het is een kwestie van visie op zorg en daar je aanbod op aanpassen.
Een mooi betoog; feitelijk en emotie. Met het doel – en niet het proces- als uitgangspunt. Overigens, in voorbije tijden werd met ”systeemdenken’ bedoeld: denken vanuit (in dit geval) het gezinssysteem. Bedenken wat de gevolgen zijn, als je intieme relaties zomaar doorbreekt. Nu staat De Organisatie als systeem voorop. Dat kun je misschien beter ‘machine denken’ noemen. Voor dit soort beleid en beslissingen heb heb je geen mensen nodig, dat kan een computer veel effectiever, en dan blijven die afleidende emoties tenminste uit het systeem.
Mooi actueel artikel Hetti, complimenten!
ten departemente weet men trouwens al lang van deze problematiek en het is onwaarschijnlijk dat de man die tot enkele jaren geleden als topambtenaar op dit departement werkzaam was, daarvan dus niet al lang op de hoogte was. maar onderzoek betekent uitstel, moet hij overwogen hebben, en daarvan komt maar al te vaak afstel. en ik vrees dat hiervan ook in deze problematiek regelmatig sprake geweest is.
bedroevender dan de huidige stand van zaken is eigenlijk, dat deze problematiek al ettelijke jaren aan de orde gesteld wordt. iedere keer worden vanuit de beleidssector toezeggingen gedaan en, zoals mw Willemse aangeeft, er zijn wel degelijk mogelijkheden om de noodzaak van een scheiding (formeel en/of van tafel en bed) te voorkomen. ik vrees dan ook dat we moeten constateren dat de meeste keren, dat zich deze problematiek voordoet, toch vooral vastgesteld moet worden dat waar onwil is, een omweg nooit ver weg is.