Artikel bewaren

U heeft een account nodig om artikelen in uw profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Opinie: Is voorbereiding op concurreren al verboden?

De rechtbank Limburg boog zich recent weer eens over de ledenovereenkomst tussen een medisch specialist en een msb. Het msb had de betreffende ledenovereenkomst met onmiddellijke ingang opgezegd wegens schending van het concurrentiebeding. De specialist was namelijk voornemens een zelfstandig behandelcentrum te openen voor zorg die ook binnen het msb werd uitgevoerd.
Illustratie: Pluisproducties
Terecht is een rubriek in Zorgvisie magazine. Dit stuk is te lezen in het vijfde nummer van dit jaar, dat op 11 juli verschijnt.

Hij beschikte intussen over een juridische structuur, website en gedeponeerde merknaam voor het behandelcentrum. Bovendien had hij reeds de vereiste WTZi-toelating verkregen, een brochure ontwikkeld en verspreid en met onder andere het msb en het ziekenhuis geprobeerd een samenwerking tot stand te brengen. De situatie waarin de specialist met één been in het ziekenhuis stond en met één been in zijn nieuwe onderneming, was naar oordeel van het msb ongewenst en reden voor onmiddellijke opzegging.

Rechtbank

De specialist was het hier niet mee eens. De rechtbank boog zich onder meer over de vraag of er inderdaad sprake was van schending van het concurrentiebeding. De specialist stelde van niet, nu hij nog slechts een voornemen had om op een nader te bepalen locatie het behandelcentrum te starten. Daartoe had hij enkel beperkte voorbereidingen verricht: zo bood hij niet alleen nog geen zorgproducten aan, maar kon dat ook nog niet omdat bijvoorbeeld de financiering nog niet rond was. Van een concurrerend zorgaanbod was dan ook geen sprake.

De rechtbank gaat hierin niet mee. Met zijn concrete plannen om toe te treden tot de markt en doordat de specialist met uitvoering hiervan was aangevangen, was, zo oordeelde de rechtbank, sprake van concurrentie. De rechtbank betrok daarbij dat de gesprekken met het msb over een eventuele samenwerking uitdrukkelijk hadden geleid tot ‘het scheiden van de wegen’. Het had toen duidelijk moeten zijn dat het msb niet achter het behandelcentrum stond en voortzetten van voorbereiding als concurrerend beschouwde.

Concurrentiebeding

Door hiermee door te gaan schond de specialist het concurrentiebeding. Dat het behandelcentrum nog niet operationeel was, oordeelde de rechtbank niet van belang. Door de ‘openlijke ruchtbaarheid’ die de specialist met zijn voorbereidingen aan het behandelcentrum had gegeven, konden partijen zoals verzekeraars, verwijzers en patiënten anticiperen op de komst van een alternatief. Hierdoor werd de positie van het msb in de zorgmarkt al beïnvloed.

Opzegging van de ledenovereenkomst was daarom gegrond. Opzegging met onmiddellijke ingang overigens niet. Van een dringende reden was geen sprake. Door af te wijken van de contractuele opzegtermijn van zes maanden, had het msb te weinig belang gehecht aan de vergaande gevolgen voor de specialist.

Door Mascha Bots en Sara de Jong, advocaten KBS Advocaten N.V.

Geef uw reactie

Om te kunnen reageren moet u ingelogd zijn. Heeft u nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.