Het getuigt dan ook niet echt van daadkracht wanneer je als raad van toezicht een hypothecaire lening van 550.000 eurovoor een bestuurder goedkeurt. Wat helemaal niet krachtig overkomt, is het negeren van de boosheid van de ondernemingsraad over deze gang van zaken. Het toezicht van Aveleijn kwam pas in actie toen de politiek zich met de zaak ging bemoeien.
De raad van toezicht had blijkbaar weinig te schaften met de OR want hun kritiek werd lange tijd niets gedaan. Vooral dat laatste is jammer. De ondernemingsraad moet juist een goede partner van de raad van toezicht zijn. Samen sta je sterker tegenover een disfunctionerende bestuurder. Dat heet tegenkracht of countervailing power in sjiek Engels. De lang verwachte nieuwe Governancecode van de Vereniging van bestuurders in de gezondheidszorg (NVZD) laat echter heel weinig ruimte over voor tegenkracht vanuit de OR. De NVZD ziet dat toezicht professioneler moet en eist in haar code deskundigheid van toezichthouders. Maar hoe worden de ondernemingsraden en cliëntenraden versterkt?
Volgens de code mogen de OR en de cliëntenraad nu ook naar de Ondernemingskamer stappen in het geval van een bestuurlijke uitglijder. Daarnaast kunnen zij zich wenden tot de Governancecommissie Gezondheidszorg. Dat zijn zeker stappen voorwaarts in de professionalisering van de OR en de cliëntenraad. Maar over de samenwerking tussen
de raad van toezicht en de ondernemingsraad valt in de code niets te lezen. En dat is een gemiste kans. Geen enkel reglement weerhoudt toezichthouders er immers van dezelfde fouten te maken die bij de Aveleijn zijn gemaakt. Hopelijk trekken de toezichthouders lering uit het verleden en gaan ze wat meer naar de medezeggenschapsorganen luisteren. (Zorgvisie – Wouter van den Elsen)
Lees ook: