Zorgverzekeraars hebben onlangs hun nieuwe zorgpremies en vergoedingsvoorwaarden bekendgemaakt. Meerdere zorgverzekeraars gaan specifiek mensen die ggz, verpleging en verzorging (thuiszorg) nodig hebben, laten bijbetalen voor deze zorg als ze kiezen voor een zorgverlener zonder contract met de zorgverzekeraar. Een zorgverzekeraar eist daarnaast dat verzekerden, specifiek in geval van ggz, vooraf een verwijsbrief en behandelplan met scorelijsten ter goedkeuring voorleggen aan de zorgverzekeraar. Het gaat hierbij alleen om mensen die hulp nodig hebben van een psychotherapeut, psycholoog, psychiater, ggz-instelling of thuiszorginstelling. Zorgverzekeraars gaan kortom onderscheid maken tussen mensen. Wat is hier aan de hand?
Grondwet, gedragscodes en toezicht
Artikel 1 van de Nederlandse Grondwet is helder wat betreft gelijkheid en stelt onomwonden: discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook, is niet toegestaan. Komt de Grondwet niet in het gedrang op het moment dat zorgverzekeraars gaan bepalen dat specifiek mensen die ggz, verpleging en verzorging nodig hebben financieel benadeeld worden ten opzichte van de groep die andere soorten zorg nodig heeft?
Zorgverzekeraars hebben ter zelfregulering de Gedragscode Goed Zorgverzekeraarschap ontwikkeld. Hierin benoemen ze hun basiswaarden: zekerheid, betrokkenheid en solidariteit. Onder zekerheid lezen we: ‘De zorgverzekeraar komt te allen tijde zijn verplichtingen na, handelt eerlijk en rechtvaardig’. Komen niet juist rechtvaardigheid en eerlijkheid in de verdrukking als zorgverzekeraars mensen die ggz- of thuiszorg nodig hebben achterstellen? En hoe kunnen zorgverzekeraars op papier solidariteit uitdragen, terwijl ze in hun handelen, met hun vergoedingsvoorwaarden, specifiek mensen die psychische hulp en/of verpleging en verzorging nodig hebben anders behandelen?
De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) heeft namens de overheid een toezichthoudende taak naar zorgverzekeraars toe. Gaat de NZa optreden nu zorgverzekeraars onderscheid tussen mensen gaan maken?
Inclusie
Inclusie is net als diversiteit en participatie een breed uitgedragen maatschappelijke norm en klinkende term in menig beleidsdocument en visiestuk. Zoals in geval van een zorgverzekeraar die zich symboliseert als inclusieve en ‘people-first’ gedreven coöperatie. Inclusie heeft veel te maken met onderscheid, zeggenschap, macht en onmacht. De volgende vragen dringen zich op: hoe inclusief is een zorgverzekeraar en samenleving als specifiek mensen die psychische hulp, verzorging en verpleging nodig hebben anders behandeld worden? Hoe kunnen deze mensen gaan participeren, als hun herstel hun meer gaat kosten en hierdoor misschien onmogelijk wordt gemaakt? Worden deze mensen niet juist uitgesloten? En verwordt inclusie hiermee niet tot symboolnorm?
Vernedering
De Israëlische filosoof en vredesactivist Avishai Margalit, auteur van het boek The decent society, die in 2002 nota bene de Nederlandse Spinozalens kreeg uitgereikt, stelt dat fatsoen de maatstaf is voor beschaving en leidend dient te zijn in de samenleving. Een fatsoenlijke samenleving behoedt kwetsbaren voor vernedering door instituties. Worden kwetsbare groepen niet juist vernederd op het moment dat zorgverzekeraars specifiek voor hen noodzakelijke zorg beperkter gaan vergoeden? Is het niet vernederend voor mensen met een psychische kwetsbaarheid als enkel van hen geëist wordt dat ze persoonlijke informatie, zoals hun verwijsbrief en behandelplan, afstaan aan hun zorgverzekeraar? En faciliteert een overheid niet juist uitsluiting als haar toezichthoudende bestuursorgaan, de NZa, nalaat zorgverzekeraars tot de orde te roepen wanneer kwetsbaren onrechtvaardig behandeld en vernederd worden?
Morele vraag
Het is een morele vraag die hier aan de orde is. Ook aan onszelf, welteverstaan. Wat voor samenleving zijn wij, nu Grondwet, gedragscodes, toezicht en inclusie nauwelijks garanties bieden en met voeten getreden worden? Kijken wij weg en staan we toe dat de kwetsbaren onder ons en mensen die in de knel zitten, vernederd en uitgesloten worden?
Door: David Con, vrijgevestigd psychiater en psychotherapeut, tevens in deeltijd verbonden aan een polikliniek voor kinder- en jeugdpsychiatrie van een regionale ggz-instelling in Midden-Limburg.
Hoe kunnen zorgverzekeraars op papier solidariteit uitdragen, terwijl ze in hun handelen met hun vergoedingsvoorwaardenspecifiek mensen, die psychische hulp/verpleging en verzorging nodig hebben anders behandelen? Nou die vraag is eenvoudig te beantwoorden: men hoeft maar naar de Overheid te kijken en men weet hoe dit stompzinnige gedrag door de hele samenleving doordrongen raakt.
Dank. Een treffend artikel. Een steeds groter wordende probleem waarbij het welzijn van de zorgvrager niet belangrijk lijkt.
Verbaasd mij dat in een land als Nederland verzekeraars zoveel macht krijgen onder toeziend oog van de overheid.
Als cliënt wil je graag geholpen worden en ben je blij dat er artsen beschikbaar voor je zijn. Dat je lang moet wachten is wel een groot probleem. Er zijn naar verhouding te weinig artsen en dat probleem wordt door meerdere oorzaken groter. Ook niet ggz-patiënten kunnen niet ongelimiteerd kiezen.
Vernedering? Uitsluiting? Met dit soort uitspraken maak je zeker cliënten met psychische klachten extra kwetsbaar.
Prachtig artikel. Beschrijft precies wat het is. Dank David Con!
Duidelijk betoog.
Vreemd genoeg mag in Nederland de rechter wetten en verdragen niet toetsen aan onze Grondwet. Artikel 120 van de Grondwet voorkomt dat de rechter bijvoorbeeld de zorgverzekeringswet mag toetsen aan Artikel 1 in de Grondwet. Waarom dit zo is vastgelegd heb ik nog geen duidelijk antwoord op gehad.