Twee jaar na het advies van de SER om de loonachterstand van zorgwerknemers weg te werken, is het tegenovergestelde gebeurd. De salarissen zijn ten opzichte van de marktsector en de overheid juist verder achteropgeraakt.
Uit cijfers van het Centraal Bureau
Een reparatie van de loonkloof ( nu ineens slechts 6% structurele achterstand en nu niet meer vanaf FG 35, maar vanaf FG 50 t/m FG 60. Reparatie van de eerder ( 12 mei 2021 SER ) becijferde 9% tov de marktsectoren geschiedde met 1,13% eind 2021 ( VWS Minister de Jonge ) en bedroeg 625 miljoen. Nu nog “ maar “ 6% ??? Het nieuwe onderzoek dat deze 6% als resultaat becijferde had een opvallend voorbehoud. De functiezwaarte en beroepsinhoud werd niet mee becijferd bij gebrek aan kennis daarover, maar wel werd de eis tot beschikbaarheid van vakdiploma’s van bijvoorbeeld verpleegkundigen verstorend beschouwd. Dat rapport gaat dus over cijfers en niet over letters! Ook de betreffende pensioengrondslag is beschadigd. Daarnaast is het goed regionaal kunnen samenwerken ( 1e en 2e lijn ) gediend bij één sectorCAO voor zorgprofessionals ipv de verschillende branche Cao’s. Op dit moment verdient men meer in verpleeghuizen en in UMC’s dan elders in de zorg. En de Huisartsenzorg steekt ook daarbij af.
Denk dat het tijd wordt om de loonkloof te dichten inderdaad wil je goede mensen vast houden, zowel in ziekenhuizen als daarbuiten. Voor paramedici geldt echter veelal dat de lonen voor medewerkers zelfstandige praktijken weer fors achterlopen bij de ziekenhuizen, dus daar wordt weer jaloers naar ziekenhuis CAO’s gekeken. Denk dat het fair is dat er dus niet enkel naar ziekenhuizen wordt gekeken, maar ook naar de vrijgevestigde praktijken.
Eens met het dichten van de loonkloof.
Het schaars noemen van deze zorgprofessionals vraagt wel om nuancering. Nederland heeft volgens de OESO met 11,1 verpleegkundigen per 1000 inwoners er aanzienlijk meer dan het EU-gemiddelde van 8,3. Maar als zij 30-40% van hun tijd bezig zijn met (deels zinloze) administratie, worden zij vanzelf schaars.
RE: In Nederland is 2,14% van de werkende bevolking ( CBS ) ingeschreven in het wettelijk BIG register als verpleegkundige en daarvan werkt 1,6% in het buitenland. In NL : Ca 51% werkt in AGZ/UMC, ca 23% in GGZ/GHZ, ca 22% in VVT en ca 2,5 % in overige branches. Vraag is of OESO dezelfde breedte van het containerbegrip van “De Zorg” als werkplekken telt? Overigens betreft het BIG register personen en geen Fte ! In NL werkt met gemiddeld 70% van fte per week en fte is 36 uur. Het BIG register verlangt bij iedere beroepsmatige herregistratie een gemiddelde werkweek van 8 uur per week, gedurende de afgelopen vijf jaren in een passende functie. Dus: ik betwijfel het vergelijk het cijfer van 8,3 per 1000
Passende zorg vraagt ook om passende honorering. Het “opsluiten” van de arbeid van verpleegkundigen, verzorgenden IG, helpenden, geprofileerd/gespecialiseerd verpleegkundigen en verzorgende IG, verpleegkundig onderzoekers en verpleegkundig specialist in de tarieven van ziekenhuizen enz. is niet meer van deze tijd. De onderscheiden indicaties voor inzet van deze schaarse zorgprofessionals zullen meer zichtbaar moeten worden. Zij bieden immers een belangrijke bijdrage IN het primair proces!
Daarnaast lijkt het me ook interessant om eens naar de gevolgen van salarisverhogingen te kijken. Als deze kostenstijgingen niet volledig worden gecompenseerd in de tarieven en omzetplafonds bij de zorgverzekeraars en zorgkantoren, dan zullen de zorgmedewerkers nog harder moeten werken of zal de zorg (nog) verder verschralen.
Loonkloof van verpleegkundigen en verzorgenden IG blijkbaar nu nog groter dan 8% op marktsectoren. We hoeven niet naar de publieke sector ( ambtenaren) te kijken, want voor het grootste deel kan de gezondheidszorg tot de marktsector beschouwd worden! Allen nu dus tenminste één loonschaal FWG omhoog?
Nb een loonkloof van nu 10% betekent ook een vergelijkbare kloof in de pensioengrondslag!
Dat krijg je als een minister zegt dat je in de zorg moet dienen en niet verdienen. Dank je Hugo!!!
In een rechtszaak van een GGZ aanbieder versus Zilveren Kruis over het overschrijden van het omzetplafond had de advocaat van Zilveren Kruis het gore lef om die zin te zeggen;”In de zorg moet u dienen, niet verdienen.” De rechter was ook niet blij met deze uitspraak en die uitspraak is ook verwijdert uit de transcriptie van de rechtszaak. Deze Zilveren Kruis advocaat was van advocatenkantoor Loyens & Loeff en diende de zaak met een “schamel” uurtarief van 700+ euro.
De GGZ aanbieder heeft de rechtszaak helaas verloren maar in hoger beroep oordeelde de rechtbank Den Haag gedeeltelijk in het voordeel van de GGZ aanbieder en die kreeg geld terug van Zilveren Kruis.