Zorgprofessionals die zelf zorg aanvragen, wijken in vier van de tien gevallen af van de beleidsregels van VWS. Dat blijkt uit recente toetsing door het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ).
Het CIZ stelt sinds enkele jaren
U heeft een account nodig om artikelen in uw profiel op te slaan
Login of Maak een account aanHet CIZ stelt sinds enkele jaren
BSL Media & Learning
Walmolen 1, 3994 DL Houten
Postbus 246, 3990 GA Houten
Deze week verscheen op Zorgvisie het artikel “Thuiszorg levert helft indicatie cliënt”.
Een deel van de reactie treft u aan in bovenstaand artikel. Hieronder kunt u de gehele reactie lezen.
“Dat slechts een deel van de geïndiceerde zorg wordt geleverd, is een bekend gegeven. Dat is namelijk altijd al zo geweest. De mate van zorgbehoefte kan nog wel eens variëren. Binnen het indicatiebesluit moet daarom voldoende ruimte zijn om deze schommelingen in redelijke mate op te kunnen vangen, zonder daarvoor steeds weer opnieuw naar het CIZ te moeten gaan voor een actueel indicatiebesluit. Om die reden is in 2003 binnen de indicatiestelling een systeem van klassen van zorgomvang met een bepaalde bandbreedte geïntroduceerd.
CIZ stelt zorgbehoefte cliënt centraal
De voorbeelden in het artikel “Thuiszorg levert helft indicatie cliënt” illustreren dat nog eens uitdrukkelijk. We willen zoveel mogelijk voorkomen dat iemand met een in tijd beperkte zorgbehoefte, stel acht weken, voor een weekje extra noodzakelijke zorg opnieuw bij het CIZ moet aankloppen. Bij het overgrote deel van de gebruikers van AWBZ-zorg is sprake van een chronische zorgsituatie. Daarom is de algemene regel binnen de AWBZ: zo lang mogelijk indiceren(maximale wettelijke termijn is vijf jaar), tenzij het evident is dat de situatie van korte duur is, zoals bij tijdelijke revalidatie na een beenbreuk.
Voordeel hiervan is nu juist dat de zorgprofessional in samenspraak met de zorgvrager de nodige ruimte heeft om in te spelen op schommelingen in de zorgbehoefte, de afbouw van zorg na een intensieve zorgperiode te realiseren of om de zorg thuis direct weer op te pakken na een tijdelijke ziekenhuisopname.
Ook in terminale situaties geeft het CIZ indicatiebesluiten voor de maximale duur van vijf jaar af om zorgvrager en familie zo weinig mogelijk belasten met onnodige procedures. Zij hebben immers al genoeg andere zorgen. Eerder is dit onderwerp van discussie geweest in de Tweede Kamer en sinds die tijd krijgen ook deze indicatiebesluiten de maximale duur van vijf jaar.
Het CIZ maakt de wijze van aanvragen voor zorgprofessionals, maar ook voor cliënten, steeds eenvoudiger. Hierdoor verschuift haar rol steeds meer van uitvoerder naar toezichthouder. Toezicht houden op basis van objectieve en transparante regels blijft echter noodzakelijk. Dat blijkt onder meer uit de resultaten van recente toetsing. Hierin wijkt 40% van de aanvragen van professionals af van de beleidsregels van VWS. De zorgomvang in de aanvragen van zorgprofessionals moet hierdoor naar beneden worden bijgesteld.
Tenslotte, en zeker niet het minst van belang, vertegenwoordigt het indicatiebesluit van het CIZ een recht, namelijk het recht op AWBZ-zorg. En dat recht is vastgesteld door een orgaan dat geen binding heeft met een zorgaanbieder of financier van zorg. Voor het CIZ zijn immers de zorgbehoefte van de vrager in combinatie met de door VWS vastgestelde beleidsregels van belang, niet de kosten die met de geïndiceerde zorg gepaard gaan. Zo’n indicatiebesluit biedt de zorgvrager dan juist de mogelijkheid om met de zorgprofessional van zijn of haar keuze te overleggen over hoe die zorg er uit moet zien.
In dat kader zou het wellicht zinvol kunnen zijn om in die gevallen, waarin er veel minder zorg is geleverd dan geïndiceerd te onderzoeken wat de cliënt daarvan zelf heeft gevonden?
Marcel G.A. de Krosse, arts
Manager Beleid & Juridische Zaken
Centrum indicatiestelling zorg (CIZ)