Een verpleegkundige in de ouderenzorg ziet graag 10 tot 20 procent PNIL in diens organisatie. “Het geeft ook kansen: extern personeel geeft nieuwe input, andere inzichten. Kiezen voor de manier van werken als zzp’er geeft meer gemotiveerd personeel.” Voor een ict-manager in de vvt is dat percentage ook gewenst. “PNIL zorgt voor flexibiliteit en extra capaciteit, niet alleen aan de zorgkant, maar (zeker) ook bij de ondersteunende diensten. Met goede sturing op inzet, kosten en kwaliteit is het een waardevolle aanvulling op de eigen medewerkers.”
Afhankelijk van fase
Een ziekenhuismanager nuanceert in zijn antwoord. Diegene schrijft dat het percentage afhangt van de fase waarin de zorgorganisatie zich begeeft en om welke functies het gaat en dat daarom geen juist percentage te noemen is. Diegene somt de voordelen van externe inhuur op: “Ten eerste: je bent flexibel bij tijdelijke vervanging, voor bijvoorbeeld ziekte of zwangerschap. Ten tweede heb je geen kosten bij verzuim, vakantie, sociale lasten en premies. Daarnaast zijn specifieke vaardigheden bij specifieke projecten tijdelijk in te huren. Ook kunnen de tijdelijke vreemde / externe ogen met sectorervaring én ervaring van buiten de zorg helpen om urgentie van verandering duidelijk te krijgen. Tot slot is de inzet van zzp’ers makkelijk op en af te schalen.”
Continuïteit borgen
Veruit de meeste respondenten zien echter het percentage PNIL niet graag boven de 10 procent gaan. “Bij 0-10 procent kan de continuïteit en kennis van de bewoners voldoende geborgd worden”, laat een bestuurssecretaris in de vvt weten. “Bij dit percentage is uitwisseling tussen de PNIL- en PIL-medewerker ook te realiseren. Daarnaast zijn de kosten dan beheersbaar.” Een adviseur kwaliteit en cliëntveiligheid bij ouderenzorgcentra schrijft: “Voor sommige opdrachten is het handig om kortdurende expertise via zzp in te zetten in het belang van de kwaliteit van zorg.” Helemaal geen zzp is volgens diegene geen optie.
‘Onnodig duur’
Een bestuurder in de ziekenhuiszorg vindt dat zzp’ers de zorg onnodig duur maken en daarmee zorgmarkt kapotmaken. “Het zijn vaak een beetje gelukszoekers die gebruik maken van de arbeidskrapte en ondernemersvoordelen zonder dat ze enig ondernemersrisico lopen op dit moment. Zijn dan vaak in tijdens van arbeidsoverschot weer ineens in loondienst. Dat stuit tegen de borst.”
Druk op vaste werknemers
“Vaste mensen dragen meer bij aan het team, ze kennen elkaar.” Dat schrijft een toezichthouder in de ouderenzorg. “Een zzp’er, zeker een die een losse dag invliegt, weet minder waardoor er op de schouders van vaste mensen meer taken rusten.” Een ziekenhuismanager ziet een oplossing in eigen werknemers voorrang geven bij de keuze van dag- en nachtdiensten. “Bij het invullen van vaste roosters is het mijns inziens wenselijk om het aantal zzp’ers zo laag mogelijk te houden. Geef de verpleegkundigen in loondienst en inhuur zoveel mogelijk dezelfde plichten, bijvoorbeeld het draaien van avond- en nachtdiensten.”
De eerdergenoemde bestuurssecretaris in de vvt schrijft verder te ervaren dat personeel niet in loondienst soms kort voor aanvang van de dienst toch nog afbelt. “Bij een hoger percentage brengt dat gelijk de continuïteit in gevaar. Daarnaast willen wij onze medewerkers graag eerste keuze geven in de roosters. Als het percentage PNIL te hoog wordt, dan gaat dit ten koste van de werk/privé-balans van de eigen medewerkers omdat die zich dan moeten voegen naar de ‘mogelijkheden en wensen’ van de PNIL.”
Randvoorwaarden
Een zorgmanager in een grote gehandicaptenzorginstelling schrijft over diens slechte ervaringen met zzp’ers: “Ik begrijp niet hoe een aantal zzp’ers aan het werk wordt gelaten. Buikpijn kreeg ik ervan als ik geen alternatief had… de druk op de vaste medewerkers wordt hierdoor nog groter.” Diegene denkt dat het misschien nog belangrijker is dat zzp-ers voldoen aan getoetste scholingseisen en randvoorwaardelijk gefacilliteerd worden om bij informatie te komen die cruciaal is om je werk te kunnen doen. “Als de niet-komers, laatkomers en zzp’ers die geen idee hebben hoe met medicijnen om te gaan er uitgefilterd worden aan de voorkant zou ik er mogelijk meer vertrouwen in kunnen hebben.”
De adviseur kwaliteit en cliëntveiligheid bij ouderenzorgcentra schrijft: “In directe cliëntenzorg zou het prima zijn als er geen fee van een uitzendorganisatie bij zit en de tarieven gelijk zijn aan medewerkers in vaste dienst (omgerekend inclusief pensioen en ziektetoeslag) voor een klein percentage als flexibele schil. Met dien verstande dat deze zzp’ers ook flexibel inzetbaar zijn en niet alleen buiten de vakanties werken. Maar dat kan je in je overeenkomst opnemen.”
Eigen flex-schil
Een verpleegkundige in het ziekenhuis schrijft: “Creëer je eigen vaste flex-schil.”
Lees meer artikelen over de inhuur van zzp’ers en PNIL op Zorgvisie
Zeer uiteenlopende reacties op waardering van PNIL ( uitzend, zzp, stafmaatschap enz) in zorgorganisaties. Professionele zorg voor de individuele gezondheid ( IN de zorg ) stelt eisen aan beroepsmatige kwaliteit ( bekwaamheid, continuïteit in persoon/EVV/ regie en in uitvoering individueel zorgbeleid en in volume enz). Op het terrein van functies AAN de zorg spelen andere accenten. Een ingehuurde schoonmaakorganisatie kan ( en het schoonmaken van de OK is dan? ). Het “uitbesteden van medisch professionals” ( stafmaatschap) kan. Het relationeel aspect bij zorgverlenen ( beschikbaarheid wanneer dit voor cliënt, patiënt ) nodig of gewenst is ( continuïteit in persoon ! ) geldt niet alleen voor PNIL maar heeft ook betekenis voor PIL ( omvang aanstelling: uren/dag en uren/week ). Kortom met deze responds kun je weinig. Het verhoogt mogelijk het gebrek aan verpleegkundigen en verzorgenden IG.