Ggz
Jojo-beleid gaat ggz niet uit de knel helpen
Horizontaal toezicht dempt marktwerking in ggz
Ggz Nederland en ZN presenteren visie op horizontaal toezicht
Mediant en Menzis zetten in op horizontaal toezicht ggz
Pilot horizontaal toezicht pakt goed uit
Over ggz
Geestelijke gezondheidszorg
De geestelijke gezondheidszorg (ggz) is gericht op het voorkomen, behandelen en genezen van psychische aandoeningen, het laten deelnemen van mensen met een psychische aandoening aan de samenleving en het bieden van hulp aan mensen die ernstig verward/verslaafd zijn en die uit zichzelf geen hulp zoeken. Binnen de ggz spelen onder andere discussies over het meten van de kwaliteit van zorg, de transparantie van de sector, het afbouwen van de bedden en opbouwen van ambulante hulp, de substitutie, personeelstekorten en verwarde personen. De geestelijke gezondheidszorg in Nederland bestaat uit drie onderdelen. Er is praktijkondersteuning ggz bij de huisarts (de poh-ggz), generalistische basis-ggz (bggz) en de gespecialiseerde ggz (sggz).
Praktijkondersteuning huisarts (poh-ggz)
De poh-ggz is in 2008 geïntroduceerd om huisartsen te ondersteunen. Wanneer een huisarts een patiënt heeft met lichte psychische klachten, kan de poh-er de patiënt zelf spreken om een diagnose te stellen. Het aantal huisartsenpraktijken met een ggz-ondersteuner groeit en ook het aantal patiënten dat behandeld wordt door de praktijkondersteuner neemt toe. In 2012 ontvingen 88 duizend mensen geestelijke gezondheidszorg van de poh, in 2015 was dit aantal gestegen naar 334 duizend. De sterke groei van het aantal patiënten wordt voor een deel veroorzaakt door de invoering van de basis-ggz in 2014. De behandelkosten namen hierdoor ook flink toe: van 19 miljoen naar 114 miljoen. In 2016 groeide het aantal nieuwe patiënten bij de poh-ggz voor het eerst niet meer, blijkt uit onderzoek van Nivel.
Wanneer de klachten van een patiënt ernstiger blijken te zijn, kan de poh een patiënt doorverwijzen naar de basis-ggz of de gespecialiseerde ggz.
Generalistische basis-ggz
De generalistische basis-ggz (ook wel basis-ggz of bggz) is in 2014 ingevoerd. Binnen deze vorm van de geestelijke gezondheidszorg worden patiënten geholpen die lichte tot matige, niet-complexe klachten hebben die geen langdurige behandeling vereisen. Het aantal patiënten in de basis-ggz is de afgelopen jaren gestegen: van 219 duizend in 2012 naar 262 in 2015. Uit een rapport van KPMG blijkt dat de substitutie van de huisartsenpraktijk naar de basis-ggz beter kan. Vanwege het eigen risico en het stigma in de andere takken van de ggz, blijven patiënten liever langer bij de poh dan dat ze worden doorverwezen naar de basis-ggz of gespecialiseerde ggz.
Gespecialiseerde ggz (sggz)
In de gespecialiseerde ggz worden patiënten geholpen met ernstige, complexe klachten waarvoor een langdurige behandeling nodig is. Daarbij kan een patiënt vrijwillig worden opgenomen. Wanneer de opname meer dan drie jaar duurt, valt de behandeling niet langer onder de Zorgverzekeringswet, maar onder de Wet langdurige zorg. De sggz is de grootste tak binnen de geestelijke gezondheidszorg voor wat betreft aantallen patiënten en behandelkosten. Na de invoering van de basis-ggz en de poh, is het aantal patiënten in de gespecialiseerde ggz wel gedaald. In 2012 werden er 1,1 miljoen mensen geholpen, in 2015 was dit aantal teruggebracht tot 0,9 miljoen.
Jeugd-ggz
Kinderen en jongeren met psychische klachten worden sinds 2015 geholpen vanuit de Jeugdwet. De gemeenten zijn verantwoordelijk voor de uitvoering hiervan. Na de decentralisatie hebben gemeenten wijkteams opgericht die een belangrijk aanspreekpunt zijn voor kinderen en ouders van kinderen met een psychische stoornis. De professionals in een wijkteam kunnen kinderen indien nodig doorverwijzen naar de specialistische jeugd-ggz.
Ambulantisering
In 2020 een derde minder bedden dan in 2008. Dat is het doel dat de geestelijke gezondheidszorg zichzelf heeft gesteld. Daar staat tegenover dat de ggz meer mensen wil helpen zonder opname in een instelling, de ambulantisering. Er worden nu al minder mensen opgenomen, terwijl de mensen bij wie een opname wel noodzakelijk is sneller naar huis worden gestuurd. Op die manier moet de kwaliteit van leven van mensen met een psychische stoornis verbeteren en wil de ggz de wensen van de patiënt centraal zetten.
De beddenafbouw is nog regelmatig onderwerp van discussie in de branche. Volgens sommige partijen is er te snel afgebouwd, terwijl de opbouw van ambulante zorg achter zou blijven. Minister Schippers van VWS heeft in juli 2017 laten weten de ambulante zorg in de wijk versneld op te willen opbouwen.
Dwang en drang
Een ander doel dat de geestelijke gezondheidszorg zichzelf heeft gesteld, is het verminderen van dwang en drang in de sector. Uiterlijk in 2020 moet de ggz bijvoorbeeld geheel separeervrij zijn. De Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (BOPZ) bepaalde lange tijd wanneer er dwang mocht worden toegepast bij patiënten in een ggz-instelling. Die wet wordt vervangen door de Wet verplichte ggz (Wvggz) die in februari 2017 is aangenomen door de Tweede Kamer. Over die wet ontstond enige discussie, nadat minister Schippers bekendmaakte er een observatiemaatregel in te willen opnemen (ook wel de time-out-maatregel genoemd). Die zou het mogelijk moeten maken om mensen, die een mogelijk gevaar vormden voor zichzelf of hun omgeving, drie dagen ter observatie op te nemen in een instelling, ook als zij dit zelf niet willen. Na felle kritiek van Tweede Kamerleden en organisaties in de ggz is de maatregel uiteindelijk niet in de wet opgenomen. De Eerste Kamer moet nog stemmen over de Wvggz.
Kwaliteitsmeting in de ggz (Rom)
Om inzicht te geven in de kwaliteit van een behandeling, het verloop ervan en de behoefte aan eventuele bijsturing, voert de ggz kwaliteitsmetingen uit. Dit gebeurt op verschillende momenten in de behandeling, door middel van Routine Outcome Monitoring (Rom). De bedoeling van Rom als kwaliteitsmeting is dat zowel patiënten als behandelaars in instellingen inzicht krijgen in de kwaliteit en effectiviteit van een behandeling. De gegevens die behandelaars en instellingen verzamelen, worden door de Stichting Benchmark GGZ (SBG) gebenchmarkt zodat instellingen en zorgverzekeraars met elkaar kunnen worden vergeleken.
Er is in de sector veel discussie over Rom als kwaliteitsmeting. Veel zorgaanbieders hebben het gevoel dat Rom hen wordt opgelegd door zorgverzekeraars, die op basis van de uitkomsten zorg zouden gaan inkopen. In juli 2017 maakte een grote groep (branche)partijen in de ggz samen met Zorgverzekeraars Nederland bekend dat er een speciaal kwaliteitsinstituut wordt opgericht om Rom door te ontwikkelen als instrument voor kwaliteitsmeting. Dit instituut moet in 2019 operationeel zijn. Voor meer informatie kunt u de pagina ‘Kwaliteitsmeting ggz‘ bezoeken.
Verwarde personen
Verwarde personen zijn de laatste jaren steeds meer in het nieuws. De politie heeft meerdere keren een stijging van het aantal (meldingen over) verwarde personen gemeld. Daarbij gaat het om de zogeheten E33-meldingen, maar volgens verschillende bronnen zijn die geen goede graadmeter voor het daadwerkelijke aantal verwarde personen. Het Trimbos Instituut berekende dat bij ongeveer een derde van deze meldingen daadwerkelijk sprake is van een persoon met psychische problematiek. De overige meldingen komen van bijvoorbeeld mensen met dementie, maar ook mensen die eenmalig overlast veroorzaken door drank of drugsgebruik. Ggz-onderzoek Bauke Koekkoek stelde in januari 2017 dat verwarde personen een hype waren geworden.
De stijging van het aantal verwarde personen wordt vaak verbonden aan de afbouw van het aantal bedden in de ggz. De ambulante zorg die daarvoor in de plaats moet komen zou te langzaam worden opgebouwd.
Om de problematiek op te lossen, richtte het ministerie van VWS in eerste instantie het Aanjaagteam verwarde personen op. Dat rapporteerde over de stand van zaken rondom de verwarde personen. In december 2016 werd dit team opgevolgd door het Aanjaagteam verwarde personen, dat als taak heeft ervoor te zorgen dat alle gemeenten een sluitende aanpak zullen maken voor de omgang met verwarde personen.
Ook het vervoer van de doelgroep is reden voor discussie. Begin 2017 liet de politie weten het vervoer van verwarde personen niet langer op zich te willen nemen, omdat dit niet de beste plaats voor hen zou zijn. Uiteindelijk is afgesproken dat de politie verwarde personen blijft vervoeren zolang de ggz geen andere oplossing heeft gevonden. Op verschillende plekken in het land zijn al andere manieren gevonden om het vervoer te organiseren. Zo werken sommige regio’s met een psycholance, terwijl er op andere plekken bijvoorbeeld een crisisdienstauto wordt gebruikt.
Personeelstekorten in de ggz
Het aantal vacatures in de ggz loopt hard op. In 2016 steeg het met 28,5 procent. In totaal stonden er aan het eind van dat jaar 5151 vacatures open, blijkt uit een rapport van Intrakoop. Daarvan waren er bijna 1000 moeilijk te vervullen. Ggz-aanbieders hebben vooral moeite om nieuwe psychiaters, gz-psychologen, klinisch psychologen of verpleegkundig specialisten aan te trekken. Als oorzaak hiervan noemen bestuurders een tekort aan opleidingsplekken, maar ze zien ook dat steeds meer psychiaters kiezen voor zelfstandig ondernemerschap. Bij GGZ Friesland is het personeelstekort zo opgelopen dat de ggz-aanbieder besloot om iedereen die een nieuwe psychiater, psycholoog of verpleegkundig specialist aanbrengt een premie krijgt van tenminste 1000 euro.