Ziekenhuizen gaan massaal de strijd om de patiënt aan met hun eigen ‘zbc’, wordt duidelijk in een serie van Zorgvisie. Ze boeken er grote successen mee: wachttijden werden aanzienlijk korter – bij Gelre ziekenhuizen namen de wachttijden af van acht maanden naar vijf dagen – en patiënten zijn tevredener.
Lees hier alle artikelen in de serie over ziekenhuizen die hun eigen ‘zbc’ openen
Een SEH-arts schrijft: “Ziekenhuizen hebben de medewerkers, kennis en kunde en ervaring voor (relatief) eenvoudige en goed planbare zorg nodig om complexe en minder winstgevende zorg 24/7/365 mogelijk te blijven maken.” Een andere respondent laat ook de goede resultaten voor zich spreken.
Niet naar commerciële grootverdieners
“De revenuen van electieve zorg moeten niet naar commerciële grootverdieners gaan, die de krenten uit de pap halen maar geen verantwoordelijkheid nemen voor toegankelijkheid, continuïteit en betaalbaarheid van de zorg”, vindt een toezichthouder in de ziekenhuiszorg.
Een toezichthouder tevens programmadirecteur bij de RUG schrijft dat er nog steeds geen sprake is van een gelijk level playing field. “Veel ziekenhuizen hebben geld nodig om de tekorten te dekken van de spoedeisende hulp. Hierdoor vindt kruislingse subsidie plaats met de dbc’s die ook in zbc’s worden verricht. Bovendien lekt er door zbc’s toch geld weg uit het publieke stelsel. Als ziekenhuizen de zbc-zorg bieden, kunnen ze dit geld gebruiken voor de algehele infrastructuur.”
Tien jaar te laat
“Ze zijn er tien jaar te laat mee”, schrijft een andere toezichthouder in de ziekenhuiszorg. “De eerste ziekenhuizen met een zbc en andere vormen van business units zetten die stap al tien jaar geleden, en met succes. Kijk naar de kaart van zbc’s en zie de witte vlekken in Nederland.”
Een andere respondent: “Dit heet marktwerking. Het maakt ook duidelijk dat concurrentie is goed. Waarom hebben de ziekenhuizen dit jaren geleden niet gedaan om een betere dienst te leveren aan hun patiënten en pas nu als het ‘water aan hun lippen staat’?”
“Ik heb nooit begrepen waarom ziekenhuizen hier zo lang mee hebben gewacht”, vindt ook een niet-praktiserend praktisch chirurg. “Verzekeraars zouden ook de ziekenhuizen als preferente aanbieders van zorg moeten behandelen. En een eind maken aan die vermaledijde marktwerking in de zorg.”
Twijfel
Een directeur vraagt zich af of de slagkracht en innovatie gelijkwaardig gaat zijn aan die bij zbc’s.
Geen duurzame oplossing
Een bestuurder in de ziekenhuiszorg is het niet eens met de stelling dat ziekenhuizen terecht de strijd aan gaan met zbc’s. “Oneens, onder de aanname dat bedoeld wordt dat ziekenhuizen zelf zbc’s oprichten. Ik vind dat reguliere ziekenhuiszorg moet kunnen concurreren met zbc zorg. Het moet niet nodig zijn om een zbc op te richten. Ik vind het bijvoorbeeld heel raar dat ik enthousiaste verhalen lees dat een ziekenhuis door het oprichten van een zbc de toegangstijd tot een behandeling met maanden heeft verkort. Wat doen ze dan in de zbc wat ze niet ook in het ziekenhuis hadden kunnen doen?”
“Goede kwaliteit en toegankelijkheid kan al jaren worden verbeterd bij ziekenhuizen. Waarom dit het label zbc moet dragen lijkt ingegeven door marketing in plaats van procesverbetering. Dit is geen duurzame oplossing”, aldus een bestuurder.
Verspilling van energie en geld
Een programmamanager in de ziekenhuiszorg vindt het een verspilling van energie en geld die voor andere doeleinden ingezet moet worden. “Die ziekenhuizen doen nu allerlei investeringen in capaciteit die naast de bestaande ziekenhuis en zbc-capaciteit bestaat. Dat gaat tot onderbenutting leiden en dus niet goed renderende faciliteiten. Waar iedereen nog niet zo lang geleden de mond van vol had was samenwerking in plaats van concurrentie. Dat streven kan bij deze dus het raam uit. Mijns inziens was het veel constructiever geweest als het echte gesprek tussen ziekenhuizen en zbc’s was gevoerd over benutting van elkaars capaciteit en zo zorg op de juiste plaats gaan organiseren. Er zijn voorbeelden genoeg waar ziekenhuis en zbc gezamenlijk ondernemen. Dat is een prima model dat op andere plaatsen ook toegepast kan worden.”
Haaks op het IZA
Het is goed dat meer zorgaanbieders cliëntgericht gaan werken en een mooi voorbeeld van de waarde van marktwerking, schrijft een consultant in de ziekenhuiszorg. “Daar waar ‘concurrentie’ is wordt het aanbod beter, gaan aanbieders harder hun best doen, en gaan kosten/tarieven wel omlaag. Echter: Dit lijkt primair een defensieve ontwikkeling en achterhoedegevecht dat haaks staat op het IZA. Ziekenhuizen zijn in de basis niet ‘fit-for-purpose’ voor hoogvolume/laagcomplex zorg en zullen moeite hebben deze propositie structureel waar te maken naar patiënten , verwijzers en verzekeraars. Redenen daarvoor:
– Cultuur in de basis niet clientgeorienteerd, maar primair op organisatiebehoud en vanuit bestaande zorgaanbieders opgezet;
– Governance met msb’s staat strakke aansturing en gelijkgerichtheid in de weg;
– Gebrek aan kostenbewustzijn in DNA;
– Hoge kostenstructuur staat efficiëntie en in de weg;
– Fragmentatie van zorgvolume per instelling blijft waardoor echt superspecialisatie niet tot stand komt.”
Samenwerken is het oude concurreren
Dat meer moet worden samengewerkt in plaats van geconcurreerd vindt ook een directeur Adviesbureau kwaliteitsmanagent, voormalig fysiotherapeut en praktijkhouder in de eerstelijn en bestuurder. “Ik ben het ermee eens dat ziekenhuizen naast hun reguliere organisatievorm, ook als zbc organisatie gaan functioneren zodat wachtlijsten weggewerkt worden. Ik ben het echter niet eens met de formulering dat ze de ‘strijd met zbc’s’ aangaan. Ze hadden al veel eerder goed moeten gaan samenwerken en tijdig door moeten verwijzen, zodat de wachtlijsten niet zo hadden hoeven groeien. In coronatijd boden zbc’s aan om te helpen. Dat werd merendeels niet geapprecieerd en dus ook niet benut, met alle gevolgen van dien voor de kwaliteit van leven van veel mensen. Dat mogen ziekenhuizen en overheid zichzelf aanrekenen. Het oude denkmodel van concurrentie is helaas nog volop aanwezig. Daarin loopt de tweedelijn echt achter op de eerstelijn, waarin samenwerken het oude concurreren geworden is.
Het is eigenlijk beschamend dat ziekenhuizen die nu ook als zbc functioneren, nu pas ontdekken dat ze veel efficiënter en doelmatiger kunnen werken, waarbij het werkplezier van de professionals ook nog eens toeneemt en de patiënt ineens veel meer als de klant die koning is behandeld wordt. Als ze geluisterd hadden naar artsen en verpleegkundigen die bewust kozen voor een zbc, hadden ze deze binnenboord kunnen houden door zelf ook een zbc op te zetten. Nu is veel talent weggegaan bij reguliere ziekenhuizen. Maar beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald. Mogelijk kan er toch nog een mooie kruisbestuiving ontstaan tussen reguliere ziekenhuizen en bestaande zbc’s zodat men van elkaar leert, samen gaat werken en complementair kan zijn in plaats van te concurreren.”
Focus op wat belangrijk is
Een directeur in de ggz schrijft: “Focus op logistieke vraagstukken in de zorg en proactieve KPI’s zouden de standaard moeten zijn, focus op dat wat belangrijk is in de zorg en je krijgt hetzelfde resultaat. Noem het dus ook niet de strijd aangaan, die in je niet omdat het ziekenhuis nooit dezelfde flexibiliteit kan bieden als een zbc. Het ziekenhuis kan wel integrale multidisciplinaire specialistische zorg bieden, focus op je kracht en verbeter je logistiek in plaats van te concurreren.”