De surveillance op medicatiefouten in Nederlandse ziekenhuizen kan beter. Dat blijkt uit onderzoek van Marieke Beex-Oosterhuis en collega’s van het Albert Schweitzerziekenhuis in Dordrecht en het Erasmus MC. Slechts 57 procent van de voorschrijffouten worden correct afgehandeld door de ziekenhuisapotheken.
De onderzoekers gingen na hoeveel verkeerde
Ik kan me voorstellen dat het NTVG en Zorgvisie wat aandacht besteden aan dit onderwerp. De titel van de originele publicatie roept al direct ietwat verontrustende vragen op. Er werd gesproken van test-patienten. Wie zijn dat? Het blijkt te gaan om papieren-patienten. Normaal is dat lesmateriaal voor apothekers en apothekersassistenten, maar nu zijn de resultaten van de vragenlijsten gebruikt om de kwaliteit van interventies in de ziekenhuisapotheek te toetsen. In de dagelijkse werkelijkheid zullen de resultaten beter zijn, omdat er dan overleg plaatsvindt over gesignaleerde afwijkingen in de medicatie. Overleg met de patient, de verpleegkundigen en/of de voorschrijvers. Wel interessant is de rol van de computer. Mijn conclusie is dat apothekers en apothekersassistenten meer klinisch in de praktijk (daar waar de patiënt verblijft) aanwezig dienen te zijn, dan in de apotheek achter het bureau en achter de papieren.